Goneral Words From Duolingo Flashcards
1
Q
Het spijt me
A
I am sorry
2
Q
Ik spreek een beetje Nederlands.
A
I speak little bit dutch.
3
Q
Welterusten
A
Good night
4
Q
Tomaten
A
Tomatos
5
Q
De suiker
A
Sugar
6
Q
De kip (en)
A
The chicken
7
Q
De Boterham
A
A sandwich
8
Q
Zout
A
Salt
9
Q
Bananen
A
Bananas
10
Q
Het Avondeten
Het Middageten
A
Dinner
Lunch
11
Q
Aardbeien اردبين
A
Strawberries
12
Q
De pasta
A
Pasta
13
Q
De maaltijd
Die naaltijd was peperduur بيبر دور
A
The meal is extremly expensive.