From Youtube Flashcards
Niet vergeten
Ik vergeet
Jij vergeet
Zij/hij vergeet
Dont forget
Het dorp
Ik woon in het dorp
Village
De geboortedatum
Wat is jou geboortedatum?
Mijn geboortedatum is een oktober negentien drieentachtig
Birthdate
Het weekend
Prettig weekend
Weekend
Happy weekend
De punt
Period .
Dichtdoen
Dichtdoe
Dichtdoet
Dichtdoen
Hebben/zijn dichtgedaan
Ik doe het boek dict.
Shut/ close
Opendoen
Doe het open
Doet het open
Doen het open
Hebben/zijn opengedaan
Ik doe het book open.
Open / open up
De bladzijde بلادزايده
Ik doe het boek open op bladzijde acht.
De volgende bladzijde
De vorige bladzijde
The page
Het plaatje (s)
Picture
Het gum
Eraser
Zetten
Ik zet
Zet
Zetten
Ik zet het gum op de tafel.
Place / put upright
Leggen
Ik leg
Legt
Leggen
Ik leg de map op de tafel.
Lay
De fles
Bottle
De bak
Box
Het konijn
Rabbit
Tussen
De konijn is tussen de kast and bureau
Between
De doos
Het konijn is uit de doos.
The box
Leeg
De doos is leeg.
Empty
Zeggen
Zeg
Zegt
Zeggen
Ik zeg
Wat zeg je?
Tell, say
Weggaan
Ga weg
Gaat weg
Gaan weg
Ik ga weg
Leave
Onbekend(en)
Stranger(s)
Moeilijk مويلك
Difficult
Het ding (en)
Things
De Afspraak
Waneer heb jij een afspraak?
An appointment