Metastasering Flashcards
Welke 3 stappen zijn achtereenvolgens nodig voor invasie?
Celadhesie losser maken > basaalmembraan/ECM afbreken > motiliteit ontwikkelen.
Invasie van matrix
- Begint met het los maken van de intercellulaire junctions o.a. door verlies van E-cadherine.
- migratie door de basaal membraan (detachment) met proteolyse.
- Begin met matrix afbraak waarin metalloprotease (MMP-9) hoofdrol heeft. Protease heeft hoge expressie in maligne tumoren, het zorgt voor afbraak van collageen IV.
- De ECM wordt afgebroken met behulp van proteases. Hierbij komen angiogene, chemotactische en groeibevorderende factoren bij
- De tumorcellen verplaatsen zich door de ECM (locomotion) en manipuleren het ECM > tumor stroma vorming (ECM-exploitatie)
Wanneer is er sprake van invasie?
pas wanneer de basaalmembraan doorbroken is
Wat is er vereist voor invasie door epithelia?
reorganisatie van cytoskelet
Is invasie gekoppeld aan metastasering?
in veel gevallen wel, maar niet altijd. Invasief vermogen betekent niet metastaserend vermogen!
Metastase cascade
- Invasie
- Locomotion in de ECM zorgt ervoor dat de tumorcellen een bloedvat bereiken.
- Intravasatie: het bloedvat wordt binnen gedrongen
- De tumorcellen hebben veranderingen ondergaan om met het bloed mee te stromen (en vervolgens uit het bloedvat te treden (extravasatie)
- De tumor is in staat om op een andere plek opnieuw te gaan groeien.
Valt op basis van de primaire tumor eigenschappen te voorspellen of ze gaan metastaseren?
Hangt af van tumortype, grootte, respons immuunsysteem (host-response), intrinsieke eigenschappen. Morfologie: hoe minder de tumor lijkt op de cel van herkomst, hoe groter de kans? DNA?
Invloeden metastasering
- Tumortype: metastasering is grotendeels een intrinsieke eigenschap van het specifieke tumorsoort. Sommige mammacarcinomen metastaseren vlot, andere niet of traag.
- ‘’host’’ response: bijv. immuniteit faciliteert of belemmert kolonisatie. Langdurige suppressie geeft tumoren.
- Andere factoren ‘’nesting site’’
o Spier en milt zijn ongevoelig voor metastasen (non-permissive kolonisatie sites).
o Bot juist gevoelig voor metastasen, maar niet alle tumoren kunnen naar bot
metastaseren.
vormen metastasering
lymfogeen, hematogeen, entmetastasering
entmetastasering
transcoelomisch/seeding: metastase in lichaamsholte, zoals borst of buik. Er is uitzaaiing in een lichaamsholte of doorgroei daarin. Kan ontstaan na een biopt van een tumor (in het biopt spoor)
Hoe gaat lymfatische verspreiding?
Volgen meestal de natuurlijke route van lymfedrainage > d. thoracicus > circulatie. Eerste metastase komt in randsinus en groeit daarna uit
schildwachterklier
1e klier, meest proximale lymfeklier in drainage gebied tumor
in transit metastase
komt voornamelijk voor bij melanomen. Er wordt uitgroei van tumorcellen gezien in een lymfebaan, voordat een lymfeklier/node bereikt wordt.
skip metastase
de metastase omzeilt de gangbare route en loopt van vast in volgende lymfeklier.
lymfangitis carcinomatosa
totale blokkade van alle lymfebanen zorgt voor verwijding van lymfevaten.