HC.6/7/8 Ritme- en geleidingsstoornissen 1+2+3 Flashcards
Hoe verloopt de depolarisatie gedurende het geleidingssysteem?
Hoe verder geleidingssysteem in, hoe trager spontane depolarisatie en hoe trager ritme wordt.
Wat zijn de onderdelen van een ECG? Wat is wel en niet zichtbaar?
ECG:
• Depolarisatie sinusknoop
• Elektrische activatie atria (P-top)
• Activatie AV-knoop
• Hisbundel, bundeltakken en purkinjevezels
• Elektrische activatie ventrikels (QRS-complex)
• Repolarisatie (T-top)
Je ziet alleen weergave van spieractivatie, niet het geleidingssysteem.
Wat zijn de klachten die horen bij een ritmestoornis?
Klachten ritmestoornissen:
• Palpaties (correlatie met hartritmestoornis is niet 1:1): vraag pt uittikken, regelmatig/onregelmatig, begin/eind, begeleidende klachten
• Syncope/ duizeligheid
• Dyspnoe
• Moeheid
Lichamelijk onderzoek is meestal niet bijdragend; aanvalsgewijs.
Hoe worden ritme- en geleidingsstoornissen gediagnostiseerd?
Diagnostiek:
• Elektrocardiografie: lastig stoornis te ‘vangen’
• (Fiets) ergometrie voor klachten tijdens inspanning
• Holter, 24-uurs ambulante ritme monitoring
• Event recording, aansluiten bij klachten door pt
• Implantable loop recorder (ILR), hartritme monitoren (2-3 jaar)
• Heart rate variability: zegt iets over innervatie van hart en hoe de hartfrequentie van slag op slag wisselt
• Signal averaged ECG
• T wave alternans: variatie van T-toppen van slag op slag
Hoe verloopt een TILT-test?
TILT-testing: patiënt vastgebonden op tafel. De BD en HF worden gemeten tijdens het draaien van de tafel (horizontaal); respons op houdingsverandering en verklaring voor flauwvallen.
Waarvoor is een sinus carotis massage een diagnosticum?
Sinus carotis massage is diagnosticum voor mensen die flauwvallen; overgevoeligheid carotis.
Wat zijn de 3 mechanismen van hartritmestoornissen?
Mechanismen van hartritmestoornissen:
• Accelerated automaticity (snellere depolarisaties)
- Depolarisatie eerder bereikt, vaak in vorm sinustachycardie
• Triggered activity (trigger voor depolarisatie)
- Depolarisatie normale slag, leidt tot variatie in Ca/K/Na-influx en efflux waardoor er een nieuw depolarisatie ontstaat en nieuwe hartslag (trigger) -> tachycardie
• Re-entry (circulatie van prikkels)
- Vertakking die bij elkaar komt. Door circulatie van prikkels, doordat er meerdere routes zijn en ze niet tegelijkertijd in dezelfde richting depolariseren. Normaal is dit niet mogelijk, moet afwijking voor zijn.
Wat is een syncope? en waardoor ontstaat het?
Syncope: is een tijdelijk bewustzijnsverlies door een onderbroken toevoer van bloed en O2 naar de hersenen
Wat zijn voorbeelden van neurally mediated syndromes?
Neurally mediated syndromes:
- Carotid sinus syndrome
- Neurocardiogenic (vasovagal) syncope (syndrome)
- Postural orthostaic tachycardia syndrome (POTS)
Wanneer is een ritme een bradycardie?
Bradycardie (<60 bpm)
Waardoor wordt een bradycardie veroorzaakt?
Bradycardie veroorzaakt door:
• AV-geleidingsstoornis: eerste graads, tweede graads (Wenkebach (Mobitz type I) en Mobitz type II, derde graads (compleet hartblok)
• Complete disfunctie sinusknoop: escape rhythms
• Sinusbradycardie (sinusknoop maakt hartslag te traag aan)
Wat is er aan de hand bij een sinusbrachycardie?
Sinusbrachycardie: SA-knoop vuurt vertraagd
Wat is er aan de hand bij sinus pause/arrest?
Sinus pause/arrest: sinusknoop stopt met vuren
Wat is er aan de hand bij sinus Node exit block?
Sinus Node exit block: sinusknoop blijft wel vuren, maar prikkel bereikt boezem niet
Wanneer is een sinus bradycardie pathologisch?
Pathologic in:
- Sick sinus syndrome (SSS)
- Heightened vagal tone
- Heightened intracranial pressure
- Acute myocardial infarction
- Obstructive sleep apnoea
- Medication
Wat zijn symptomen van een sinus bradycardie?
Symptomen:
- Asymptomatisch
- Tiredness
- (pre) syncope
Wat is de behandeling van een sinus bradycardie?
Behandeling:
- Adjust medication
- Pacemaker
- (Atropine)
Welke AV-geleidingsstoornissen zijn er?
AV-geleidingsstoornissen:
1 st degree: PR >0,2 s, constant PR interval, every P is followed by a QRS complex; usually does not need any treatment
2 nd degree: type Wenckebach, Mobitz I: progressive prolongation of the PR interval, recovery after 1 dropped beat, ‘group beating’; usually does not require any intervention (niet-fysiologisch)
2 nd degree, Mobitz type II: at least 2 stable conducted P waves till 1 drops, ‘group beating’; can require intervention; 2:1 block can not be classified (fysiologisch)
3d degree: (AV bundel laat geen prikkels meer door) can completely independent occurrence of P waves and QRS complexes; does need intervention
Hooggradig AV-blok: meer dan 1 P top is niet gevolgd door QRS complex; pacemaker
Wat is de prevalentie van aritmieën en welke komen het meest voor?
Ongeveer 2% van de populatie krijgt te maken met aritmieën, meeste hiervan zijn atriumfibrilleren (prevalentie 5-15% > 75 jaar), daarna AV_node re-entry tachycardie (AVNRT), daarna WPW-syndroom.