Gastritis Flashcards
1
Q
kliniek Gastritis ?
A
- Meestal asymptomatisch
- Epigastrische last
- Dyspepsie
- Nausea
2
Q
Oorzaken Gastritis ?
A
- Infectieus: H. Pylori, tbc, syphilis, CMV, EBV, candida
- Non-infectieus: alcohol, NSAIDs, chemotherapie, …
- Systemische ziekte: IBD, vasculitis, ischemie
- Immuun-gemedieerd: auto-immune metaplastische atrofische gastritis
- Ménétrier
- Brandwonden, …
- idiopathisch
3
Q
BO Gastritis ?
A
- Urea-ademtest voor uitsluiten H. Pylori
- Endoscopie +/- biopsie
4
Q
Behandeling Gastritis ?
A
- H. pylori eradicatie
- PPI
- vermijden NSAIDs, roken, koffie en alcohol
5
Q
Welke medicatie leidt voornamelijk tot gastritis?
A
NSAIDS
6
Q
Definitie ziekte Ménétrier?
A
Gastritis gekenmerkt met massieve vergroting van mucosale plooien
7
Q
Pathofysiologie ziekte Ménétrier?
A
o Verhoogde mucusproductie -> proteïneverlies
o Atrofie pariëtale cellen –> verminderde zuursecretie en intrinsic factor
o Hyperplasie van maagrugae
8
Q
BO ziekte Ménétrier?
A
- Endoscopie +/- biopsie
- CT-scan
9
Q
Complicaties Ziekte van Ménétrier?
A
- Proteïne-verlies gastropathie -> hypoalbuminemie en perifeer oedeem
- Maligne degeneratie
10
Q
Complicaties atofische gastritis?
A
- Gebrek intrinsic factor –> vitamine B12 deficiëntie
- Verminderde zuursecretie –> ijzertekort
- Risico op ontaarding