RC Week 1 Flashcards
Wat zijn de pathologische kenmerken van Kanker?
Dysregulatie van:
- Proliferatie (Celdeling)
- Differentiatie/Maturatie (Celrijping)
- Apoptose (Celdood)
Dit leidt tot transformatie waarbij cellen morfologische en functioneel veranderen
Dit leidt tot neoplasie (Nieuwvorming die zich onttrekt aan normale regulatie)
Dit kan een maligniteit veroorzaken
Wat zijn de pathologische termen van gestoorde differentiatie?
- Metaplasie: Veranderende differentiatie als gevolg van een prikkel
- Dysplasie: Verminderde differentiatie
- Anaplasie: Ongedifferentieerde cellen
Wat doen tumor geassocieerde macrofagen?
Productie van:
- Groeifactoren (Zorgt voor angiogenese en tumorprogressie)
- Cytokines (Immuun suppressie)
- Enzymen (Maken metastasering mogelijk)
Wat gebeurd er bij de glycolyse shift van tumorcellen?
- Produceren van bouwstenen voor biomassa
- Metabolisme voorbereid op condities met laag O2
- Lage mitochondriale activiteit: Minder risico van apoptose inductie
Wat is het verschil in differentiatie bij benigne tumor en maligne tumor?
Benigne:
- Goed gedifferentieerd
- Structuur typerend voor het normale weefsel ter plaatse
Maligne:
- Beperkte differentiatie (Anaplasie), vaak atypisch
Wat is het verschil in groeiwijze bij benigne tumor en maligne tumor?
Benigne:
- Langzaam, progressief, kan stoppen of in regressie gaan
- Weinig mitosen
Maligne:
- Veranderlijk: Langzaam tot zeer snel
- Tot veel (Afwijkende) mitosen
Wat is het verschil in locale invasie bij benigne tumor en maligne tumor?
Benigne:
- Samenhangend weefsel
- Scherp afgegrensd
- Infiltreert omliggend weefsel niet
Maligne:
- Lokaal invasief
- Penetreert normaal weefsel
- Soms wel samenhangend
Wat is het verschil in metastase bij benigne tumor en maligne tumor?
Benigne:
- Niet
Maligne:
- Vaak wel
- Hoe groter en minder gedifferentieerd de primaire tumor, hoe waarschijnlijker metastasering
