6.2 & 6.5 Radiotherapie Flashcards
Wie zijn er allemaal nodig voor radiotherapie?
- Fysicus
- Radiotherapeut
- Laborant
- Radiobioloog
Welke deeltjes veroorzaken ioniserende straling?
Fotonen en elektronen
Op welke manieren kan ioniserende straling gebruikt worden?
- Uitwendig: Opwekken met lineaire versneller
- Inwendig/brachytherapie: Verval van radioactieve stoffen binnen het lichaam
- Cyclotron: Protonen
Hoe werkt een lineaire versneller?
Elektronen gaan via de spanningsbuis van kathode naar anode, botst daar op de trefplaat waardoor fotonen ontstaan
Welke soorten straling zijn er?
- Alfa: Heliumkernen
- Bèta: Elektronen
- Gamma: Fotonen
- Protonen/neutronen
Wat is het gevolg van foton absorptie door weefsel?
Ionisatie (Verlies elektron) -> Geïoniseerde moleculen (Radicalen) veroorzaken enkelstrengs en dubbelstrengs breuken
Hoog energetische deeltjes hebben ook een direct effect
Hoe wordt de geabsorbeerde stralendosis uitgedrukt?
In Gray
1 Gy is 1 J/Kg
Wat is LET?
Lineair Energy Transfer:
- Dichtheid van energie afgifte langs het spoor van een ioniserende deeltje
Welke LET hebben verschillende deeltjes?
- Gamma: Laag, wordt vaak gebruikt
- Neutronen en protonen: Hoog, effectiever
Wat is het nut van fractioneren van bestraling?
Gezond weefsel ongeveer 24 uur de tijd geven om te herstellen:
- Tumorweefsel herstelt langzamer
Op welke manier kan er worden gefractioneerd?
- Hyperfractioneren: Fracties kleiner dan 2 Gy
- Hypofractioneren: Fracties groter dan 2 Gy
Wat bepaalt de gevoeligheid voor bestraling?
- DNA repair
- Redistributie celcyclus
- Reoxygenatie
- Repopulatie
- Radiosensitiviteit
Wat is het gevolg van de snelle groei van tumoren?
Angiogenese kan de groei niet bijhouden waardoor er hypoxie in de kern ontstaat:
- Deze kern is relatief resistent tegen bestraling
Welke soorten bijwerkingen zijn er?
- Acuut: Vanaf start behandeling tot 3 maanden na einde behandeling, in snel delend weefsel
- Laat: 3-6 maanden na einde behandeling, in traag delend weefsel
Wat zijn de voorbeelden van acute bijwerkingen?
- Huid: Roodheid, pijn, schilfering, haaruitval
- Oesophagus: Passageklachten (Mucositis)
- Rectum: Pijn, diarree
Wat zijn voorbeelden van late bijwerkingen?
- Hersenen: Vermoeidheid en geheugenproblemen (Door fibrose en vaatschade)
- Nieren: Nierfunctie verlies
- Ruggenmerg: Myelopathie
- Lever
- Ooglens: Staar
- Speekselklieren: Droge mond
- Schildklier: Hypothyreoïdie
Met welke principes wordt de gewenste dosis van de bestraling bepaald?
- Tumor control probability: Hoe hoger de dosis, hoe beter
- Normal Tissue complication probability: Hoe lager de dosis, hoe beter
Wat zijn de kenmerken van een radiosensitieve tumor?
Grote therapeutische ratio:
- Weinig dosis nodig voor tumorcontrole
- Weinig kans op weefselschade: Seminoom, M. Hodgekin
Wat zijn de kenmerken van een radioresistente tumor?
Kleine therapeutische ratio:
- Hoge dosis nodig voor tumorcontrole
- Grote kans op weefselschade: Glioblastoom, sarcoom
Hoe kan de therapeutische breedte worden vergroot?
- Tumor controle: Gevoeliger maken met chemoradiatie of bioradiatie
- Tissue complicatie: Fractioneren, straling vermijden/bescherming
Waarvoor wordt de CT-scan gebruikt bij radiotherapie?
Bepalen doelvolume (Bijvoorbeeld met PET-CT)
- Positionering met tattoo, masker en matras
- Positie verificatie met cone beam CT
Hoe wordt het doelvolume ingedeeld?
- GTV: Gross Tumor Volume -> Waar er bestraalt wordt (Macroscopisch)
- CTV: Clinical Target Volume -> Waar er ook wordt beademd
- PTV: Planning Target Volume -> Positionering onnauwkeurigheid (Plan wordt aan de hand van deze volume gemaakt)
Waardoor wordt de PTV bepaald?
- Beweging organen
- Reproduceerbaarheid van ligging
- Nauwkeurigheid instelling patiënt
Wat is een electief gebied?
Een gebied dat uit voorzorg wordt meegenomen bij de bestraling om de kans op metastasering te verkleinen