HC - Perinatale asyfxie

Question 1

Q: Wat is de definitie van perinatale asfyxie?

Answer 1

A: Een conditie van verminderde gasuitwisseling of inadequate bloedstroom die leidt tot persisterende hypoxemie en hypercapnie van het kind rond de geboorte.

Question 2

Q: Wat zijn de belangrijkste oorzaken van perinatale asfyxie?

Answer 2

1. Maternale oorzaken: Hypovolemie, longlijden, hartgebreken, compressie vena cava.
2. Placentaire oorzaken: Placenta insufficiëntie, abruptio placentae, placenta praevia.
3. Umbilicale oorzaken: Navelstrengcompressie, ware knoop, prolaps.
4. Foetale oorzaken: Infecties, hartritmestoornissen, foetomaternale transfusie.

Question 3

Q: Wat is hypoxemie en hypoxie?

Answer 3

Hypoxemie: Lage zuurstofconcentratie in het bloed.

Hypoxie: Lage zuurstofspanning in de weefsels.

Question 4

Q: Wat zijn de klinische criteria voor de diagnose perinatale asfyxie?

Answer 4

1. pH < 7,00 in arterieel navelstrengbloed.
2. Apgar-score ≤ 3 gedurende ≥ 5 minuten na geboorte.
3. Neurologische gevolgen zoals convulsies, hypotonie, of coma.

Question 5

Q: Wat zijn beschermingsmechanismen van de foetus tegen asfyxie?

Answer 5

1. Hoge affiniteit van foetaal hemoglobine (HbF) voor zuurstof.
2. Redistributie van bloedstroom naar vitale organen (brain-sparing effect).
3. Autoregulatie van cerebrale circulatie.

Question 6

Q: Wat zijn de diagnostische technieken voor foetale bewaking bij asfyxie?

Answer 6

1. Cardiotocografie (CTG): Registratie van foetale hartslag en weeënactiviteit.
2. ST-analyse: Elektrocardiogram van de foetus.
3. Microbloedonderzoek (MBO): Bloedgasanalyse van foetaal bloed.

Question 7

Q: Wat zijn de normale parameters voor foetale hartfrequentie op een CTG?

Answer 7

• Basisfrequentie: 110-150 slagen/min.
• Normale variabiliteit: > 5 slagen/minuut.
• Acceleraties: Versnellingen van de hartslag bij foetale bewegingen.

Question 8

Q: Wat betekent een abnormale CTG?

Answer 8

-Kan wijzen op hypoxie of asfyxie.
- Indicatie voor aanvullende diagnostiek (MBO) of interventie (sectio of kunstverlossing).

Question 9

Wat is CTG?

Question 10

Q: Wat zijn mogelijke behandelingen bij foetale hypoxie?

Answer 10

1. Moeder in linkerzijligging positioneren.
2. Weeënremming met atosiban (tocolyticum).
3. Snelle geboorte via sectio of kunstverlossing

Question 11

Q: Wat is het verschil tussen foetale acidemie en acidose?

Answer 11

Acidemie: Verzuring van het bloed.
Acidose: Verzuring van de weefsels (metabool of gemengd).

Question 12

Q: Wat is het ‘brain sparing effect’?

Answer 12

A: Redistributie van bloed naar de hersenen om schade aan vitale organen te beperken tijdens hypoxie.

Question 13

Q: Wat is de rol van ST-analyse bij foetale bewaking?

Answer 13

A: Het analyseren van veranderingen in het ST-segment van het foetaal ECG om hypoxie vroegtijdig te detecteren.

Question 14

Q: Wat zijn deceleraties op een CTG?

Answer 14

A: Afname van de foetale hartfrequentie met >15 slagen gedurende >60 seconden. Dit is nooit fysiologisch.

Question 15

Q: Hoe wordt een preterminaal CTG geïnterpreteerd?

Answer 15

A: Als een indicatie voor onmiddellijke beëindiging van de baring (spoedsectio).

Question 16

Q: Wat is CTG?

Answer 16

A: CTG (Cardiotocografie) is een techniek om tijdens de zwangerschap en bevalling de foetale hartslag en weeënactiviteit te registreren, met als doel de conditie van de foetus te bewaken.

Question 17

Q: Welke parameters registreert een CTG?

Answer 17

1. Foetale hartfrequentie: Basisfrequentie, variabiliteit, acceleraties en deceleraties.
2. Weeënactiviteit: Frequentie, duur en intensiteit van de weeën.

Question 18

Q: Wat is de klinische betekenis van acceleraties op een CTG?

Answer 18

A: Acceleraties (tijdelijke stijgingen van de hartfrequentie) zijn een teken van goede foetale conditie.

Question 19

Q: Wat kunnen deceleraties op een CTG betekenen?

Answer 19

A: Deceleraties (daling van de hartfrequentie) kunnen wijzen op foetale hypoxie of asfyxie en vereisen verdere beoordeling.

Question 20

Weet dit; Maternale doorbloeding uterus = 600 ml/minuut (a terme)

Answer 20

Bij uteruscontracties tijdelijke stop, wel reservecapaciteit

Question 21

Q: Hoe verandert de foetale pH tijdens de partus?

Answer 21

A: De foetale pH daalt geleidelijk tijdens de partus als gevolg van de inspanning en verminderde gasuitwisseling. Normaal blijft de pH boven 7,20, maar bij stress of hypoxie kan deze verder dalen.

Question 22

Q: Wat zijn normale foetale pH-waarden tijdens de partus?

Answer 22

Normaal: > 7,25
Pre-acidemie: 7,20 - 7,25 (nauwkeurige bewaking nodig)
Pathologische acidemie: < 7,20 (duidt op foetale nood).

Question 23

Q: Hoe wordt foetale pH gemeten tijdens de partus?

Answer 23

A: Via microbloedonderzoek (MBO): Een kleine hoeveelheid bloed wordt afgenomen van de foetale hoofdhuid en geanalyseerd op pH en lactaat.

Question 24

Q: Wat zijn indicaties voor het uitvoeren van microbloedonderzoek (MBO)?

Answer 24

Abnormale CTG-patronen (zoals herhaalde late deceleraties).

Vermoeden van foetale hypoxie.

Question 25

Q: Wat is het beleid bij een foetale pH < 7,20?

Answer 25

Acute interventie is vereist, zoals:
- Stoppen van weeënstimulatie.
- Optimaliseren van maternale zuurstoftoevoer.
- Zo nodig een spoedsectio.

Question 26

Foetale tachycardie? Foetale bradycardie?

Answer 26

TACHY: meer dan 150 slagen /minuut gedurende meer dan 10 minuten

BRADY:
- minder dan 110 slagen/min of afname > 40 slagen/minuut >5 minuten
- meestal een acute reductie van de oxygenatie van de foetus