HC 2.7: Argumenteren kun je leren / Over moraal valt te twisten Flashcards

1
Q

vuistregel 1:

A

heb ik de gebruikte principes voldoende gespecificeerd?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

vuistregel 2:

A

heb ik wetenschappelijke feiten ethisch relevant gemaakt?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

proportionaliteit:

A

staat het middel (bijv. dwangvoeding toedienen bij volwassene met anorexia nervosa) in een te rechtvaardige verhouding tot het doel (het voorkomen dat deze mensen op korte termijn overlijden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

subsidiariteit:

A

je moet altijd het minst ingrijpende middel gebruiken om je doel te bereiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

vuistregel 3:

A

heb ik de belangrijkste tegenargumenten gevonden, genoemd en weerlegd?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly