H4.7: Proefdiermodellen in het kankeronderzoek Flashcards

1
Q

Gebruik proefdieren

A
  • Preklinisch: nieuwe geneesmiddelen
  • Tumorbiologie: opbouw algemene kennis rondom kanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Xenotransplantatie

A

Menselijke tumorcellen in nude muis gespoten (immunologisch verzwakt) en kijken hoe tumor gedraagt + geneesmiddelen effect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

PDTX

A
  • Werkt niet voor alle soorten tumoren
  • Mist anti- en pro-tumor activiteit, want immuundeficiënt gemaakt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Focus bij genetisch gemodificeerde muizen onderzoek

A
  • Effect dominant negatieve mutaties = oncogenen
  • Effect gendeleties = tumor suppressorgenen
  • Effect puntmutaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Transgene muis

A
  • Muis draagt normaal en mutant gen
  • Beide genen actief
  • Oncogenen dominant effect over normale gen
  • Hulp: effect dominante mutaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Knock-out muis

A
  • Geen actief gen
  • Hulp: effect gen deleties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Knock-in muis

A
  • Normale actieve gen vervangen door mutant actief gen
  • Hulp: effect puntmutaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Transgeen muismodel maken

A
  • Oncogeen is onder controle van promotor en in reageerbuis geïsoleerd
  • Geïnjecteerd in bevruchte cel in vroeg stadium
  • Geïnjecteerde DNA integreren in genoom bevruchte eicel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Maken knock-out/knock-in muismodel

A
  • Embryonale stamcel wordt geïsoleerd uit blastocyt
  • Elektroporatie DNA toevoegen
  • Eicel terugplaatsen in blastocyt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

TTD

A
  • Versnelde veroudering binnen- en buitenkant
  • Overmaat senescente cellen
  • Missense mutatie in Xpd-gen waardoor in senescente cellen p53 gebonden is aan FOXO4
  • Als p53 vrijkomt kan het BAX stimuleren en apoptose
  • FOXO4-DRI ontkoppeld
  • Minder senescente cellen, vacht verbetert, spiermassa en muizen fitter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Dierproeven verboden sinds 1977, tenzij

A
  • Doel proef kan niet op andere manier, met minder dieren of minder ongerief bereikt worden
  • Belang van proef weegt op tegen leed van dieren
  • Vergunning voor verrichten dierproeven
  • Goedkeuring dierexperimenten commissie (DEC)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Taak DEC

A
  • Afwegen lijden dier tegen belang proef
  • Toets of er schending van intrinsieke waarde van proefdier is
  • Beoordeelt proefdierkundige/methodologische opzet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Notie van integriteit

A

Intrinsieke waarde van dier dus natuurlijke behoeftes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Drie principes

A
  • Vervanging (replacement)
  • Verminderen (reduction)
  • Verfijnen (refinement)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Feiten

A
  • 600.000 dierproeven
  • 3kwart op muizen en ratten
  • 15% met genetisch gemodificeerde organismen
  • 80-85% weinig tot matig lijden
  • Mensapen sinds 2002 niet meer
  • Cosmetische doeleinden verboden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

5 vrijheden

A
  1. Vrij dorst honger
  2. Vrij fysiek lijden
  3. Vrij pijn, verwondingen en ziekten
  4. Vrij angst en stress
  5. Vrij om natuurlijke gedrag te vertonen
17
Q

Fase 1: Joods-christelijke traditie t/m Descartes (17e eeuw)

A
  • Natuurlijk is verdeelt in 2 lagen
  • Materiële natuur en spirituele/rationele natuur
  • Ethiek is alleen bij 2e van toepassing
  • Dieren is materiële natuur
  • Dieren: automaten zonder gevoelens
  • Mens is hoogtepunt schepping
18
Q

Fase 2: deontologie (18e eeuw)

A
  • Immanuel Kant
  • Stoppen met misbruiken dieren
  • Slecht voor menselijk moraal (niet vanwege dierenwelzijn)
  • Als mensen dieren pijn doen, zullen ze sneller mensen pijn doen
  • Antropocentrisch idee waarbij mensen middelpunt schepping
19
Q

Fase 3: consequentialisme (eind 18e eeuw)

A
  • Zoveel mogelijk geluk, zo min mogelijk lijden
  • Dieren kunnen lijden
  • Jeremy Bentham
  • Biocentrisch beeld waarbij ethische houding niet alleen maar richt op de mens, maar op alle leven
20
Q

Speciesism (1975)

A
  • Peter Singer
  • Voortrekken van de ene soort voor de ander soort
  • Discriminatie
  • Voortrekken mens boven dier
21
Q

Capabilities (2006)

A
  • Martha Nussbaum
  • Alles in natuur streeft ernaar om te floreren ook dieren
  • Mogelijkheid hebben om te leven zoals van nature behoren te leven