OP DE MARKT
Groente en fruit
Sla 0,50 per stuk
Bananen 0,70 per kilo / 2,5 kilo voor slechts 1,50
Appels 0,80 per kilo
Tomaten 1,- per pond
Vijf pond bananen voor een-vijftig! Wie is er aan de BEURT?
Ja, ik wil bananen graag. GEEFT u maar 1 kilo.
Alstublieft. ANDERS [something else] nog iets, mevrouw?
Wat KOSTEN de appels?
Die groene zijn 0,80 per kilo, die RODE 0,70.
DOET u maar twee kilo groene appels.
Wilt u ER een TASJE BIJ?
Nee, dank u, ik heb een grote TAS bij me.
Op de markt is VAN ALLES TE KOOP. De BELANGRIJKSTE PRODUCTEN zijn fruit, groente, kaas en vis. Maar je kunt er ook TERECHT [go there] voor KLEREN en SCHOENEN. ZOWEL [both] voor dames als voor HEREN. Het MATERIAAL WAARVAN [where from] ze WORDEN gemaakt, is natuurlijk vrij EENVOUDIG [simple].
Waarom doen mensen graag HUN boodschappen op de markt?
Ze vinden het gezellig. Op de markt WORDT HANDEL [the trade] GEDREVEN [is happening]. De VERKOPERS PROBEREN met LUIDE STEM de AANDACHT [attention] van het PUBLIEK te TREKKEN.
We KUNNEN nog een andere reden noemen: dat zijn de prijzen. Die LIGGEN er wat LAGER dan in de winkel. De markt is goedkoop VERGELEKEN met [compared to] een winkel. En IN DE LOOP VAN DE DAG gaan de prijzen van een HOOP [a large number of] producten ZELFS [even] nog verder naar beneden. MET ANDERE WOORDEN: je GELD is op de markt meer WAARD dan in een winkel.
October 6, 2014, Nijmegen