ZO1 week 1. Antibiotica (nog 76 extra flashcards uit brainscape basiskennis antibiotica)

1
Q

4 manieren waarop antibiotica aangrijpen op bacterie

A
  • Bacteriele celwand of celmembraan
  • Bacteriele nucleinezuursynthese
  • Synthese foliumzuur
  • Bacteriele eiwitsynthese in ribosomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Flashcards basiskennis antibiotica doornemen

A

Dit zijn er 76 :(, wel belangrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke antibiotica grijpen aan op celwand/celmembraan

A

o Betalactam antibiotica
 Penicilines: peniciline, flucloxaciline, amoxiciline, amoxiciline/clavulaanzuur
 Cefalosporines: ceftriaxone
 Carbapenems: meropenem
o Vancomycine
o Fosfomycine: bij urineweginfecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke antibiotica grijpen aan op nucleinezuur synthese?

A

o Chinolonen: ciprofloxacin
o Rifampicine
o Metronidazol
o Nitrofurantoine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke antibiotica grijpen aan op foliumzuur

A

o Trimethoprim
o Cotrimoxazol: combinatie antibioticum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke antibiotica grijpen aan op bacteriele eiwitsynthese in ribosomen?

A

o 50S subunit remmen
 Macroliden: erytromycine, claritromycine, clindamycine, fusidinezuur en chlooramfenicol
o 30S subunit remmen
 Tetracycline: doxycyline
 Aminoglycosiden: gentamicine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly