Week 14: HC.9 Nierfunctie en vervangende therapie Flashcards
Hemodialyse?
bloed vanuit lichaam langs semipermeabel membraan (porigrootte bepaalt wat er wel en niet doorheen kan)
diffusie en osmose zorgen voor stofjes verplaatsing
Ultrafiltraat met convectie: watertransport op basis van drukverschil
Klaring?
hoeveelheid plasma die in een gegeven tijd volledig wordt ontdaan van een bepaalde stof
ml/min
Fistel?
verbinding tussen arterie en vene zodat bloed met stroomsnelheid van 400 ml/min door het dialyse apparaat kan
Ader zal door hoge druk opgepompt en dikker worden.
Als fistel in onderarm niet lukt, dan in bovenarm
PTFE shunt?
vaatprothese vast te naaien op arterie en ader
Aanprikken centrale vene?
Geen tijd voor shunt -> katheter in centrale ven
bv vena subclavia, v. jugulari (voorkeur), v. femoralis
Voerdraad tot in de vena cava superior, katheter vervolgens over voerdraad in vena cava terecht
Perongeluk arterie aanprikken?
- pulserend bloed spuit uit naald
bij veneL donkerder bloed
Kunstnier in dialysetoestel?
vezels waardoor het bloed loopt -> vezel is hol, daardoorheen loopt bloed, poriën in vezel
Belasting patiënt?
zwaar, 3 maal per week 4-5 uur aan de dialyse, vochtbeperking 500-750 ml per dag, dieet met eiwit
Peritoneaal katheters (CAPD)?
katheter wordt 10 cm naast navel ingebracht in ruimte achter rectum.
Schoon dialysaat loopt buikholte in, visceraal en pariëtaal blad van darmen werkt als filter waardoor stoffen uit bloedbaan naar de afvoer gaan, per diffusie en osmose onttrek je afvalstoffen
Alleen ultrafiltratie niet mogelijk bij peritoneaal katheters, dus suiker toegevoeg zodat naast zout ook water kan worden onttrokken aan bloed
CAPD in praktijk?
doen patiënten thuis zelf, lege zak op de grond volle zak hangt
steriel te werk gaan
4x per dag maar wel thuis
APD/CCPD?
apparaat dat savonds die 4 zakken gebruikt -> veel bij kinderen
Meest voorkomende complicatie bij CAPD en CCPD?
peritonitis (buikvliesontsteking)