Cognitieve beslisfouten Flashcards

1
Q

fouten door: (4)

A
  • communicatieve fouten
  • diagnostische fouten (ongeveer 15% alle diagnoses is fout, door cognitieve (denk)fouten)
  • inschattingsfouten
  • inadequate vaardigheden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

waarom maken we denkfouten

A

2 systemen:
systeem 1: snel, onbewust, foutgevoelig
systeem 2: langzaam, bewust, kost veel moeite: voor complexe beslissingen
vaak systeem 1 gebruikt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

framing

A

welke keuze je maakt kan beïnvloed worden door de manier waarop de vraag of probleemstelling wordt verwoord.
mensen willen geen risico nemen als de uitgangssituatie acceptabel is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

verlies frame

A

bij strategie 1 zullen 400 mensen zeker overlijden: bij strategie 2 is er een 1/3 kans dat niemand doodgaat en 2/3 kans dat 600 mensen overlijden
75% kiest voor strategie 2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

winst frame

A

bij strategie 1 zullen 200 mensen het zeker overleven: bij strategie 2 is er een 1/3 kans dat niemand doodgaat en 2/3 kans dat 600 mensen overlijden
25% kiest voor strategie 2
mensen zijn risico-aversief als de uitgangssituatie acceptabel is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

anchoring

A

te veel waarde hechten aan de eerste informatie (anker) bij het maken van beslissingen. mensen gebruiken dat anker om hun schattingen te doen, en hebben moeite om af te wijken van het ander
in medische context: blijven vasthouden aan de eerste indruk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

availability bias

A

van items die makkelijker beschikbaar zijn in het geheugen denken dat ze vaker voorkomen
In medische context: bij dit fenomeen wordt de diagnose waaraan de arts het eerst denkt of die het vaakst in zijn recente ervaring is voorgekomen, automatisch de meest waarschijnlijke

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

confirmation bias

A

bevestigen wat je denkt door het selectief accepteren en negeren van informatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

conjunction fallacy

A

de gecombineerde waarschijnlijkheid is altijd lager dan de waarschijnlijkheid van beide gebeurtenissen apart.
Omdat: representative heuristic: de beoordeling van waarschijnlijkheid baseren op het vergelijken van een object of gebeurtenis met een prototype van dat object of die gebeurtenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

representative error

A

in medische context wanneer je denken wordt gestuurd door een prototype, zodat je nalaat om mogelijkheden te overwegen die het prototype tegenspreken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

waarom grafisch afbeelden van kansen

A

Kansen zijn moeilijk te begrijpen voor patiënten. Als er wordt gezegd dat er een kans is van 1/3000 op een bepaalde ziekte, dan kan dat door de patiënt worden begrepen dat er een grote waarschijnlijkheid is dat hij de ziekte heeft. Grafisch afbeelden van kansen trekt de aandacht van de patiënt en geeft tegelijkertijd zowel de kans weer dat iets optreedt als de kans dat iets niet optreedt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

diagnostisch proces

A
  1. Controleer het medische proces; zelf complete MA afgenomen, zelf compleet LO verricht?
  2. Diagnostische time-out: bias overwogen? Impact eigen emotie overwogen? Moet ik nu diagnose stellen of is het tijd voor follow-up? Wat is de diagnose die ik absoluut niet mag missen?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly