3B2 week 8 HC 3 Cerebellum Flashcards
Waaruit bestaat het cerebellum?
- Voorste en achterste lobus -> lobula -> folia (blaadjes)
- 2 hemisferen met continue schors (vermis)
- Verbinding hersenstam: pedunculus cerebellaris superior, media en inferior
- Cerebellaire kernen (lateraal in witte stof)
Hoe verloopt informatie via het cerebellum?
- Input ipsilateraal sensoriek lichaam en olivia inferior: inferiore pedunkel
- Input contralaterale pons (piramidebaan): mediale pedunkel
- Samenvoegen en afstemmen: cerebellaire kernen (kruising)
- Output naar thalamus: superiore pedunkel
Uit welke lagen bestaat het cerebellum?
- Moleculaire laag: dendrietbomen in sagittale richting
- Monolaag purkinje cellen
- Korrellaag: axonen naar diepe kernen
- Witte stof
Hoe is de innervatie in het cerebellum opgebouwd?
- Meerdere purkinje cellen op 1 cluster diepe kern (GABA-erge inhibitie)
- Iedere purkinjecel krijgt 1 klimvezel uit olivia inferior
- Kern neuron inhibeert olivia inferior
- Mosvezels uit pons en ruggenmerg innerveren korrellaag
- Parallelvezels vanuit korrellaag naar moleculaire laag (vele synapsen, maar kleine hoeveelheid input)
Hoe verloopt cerebellair leren?
Olivia inferior geeft klimvezels input als iets fout gaat -> verandering interpretatie mosvezels/parallelvezels (purkinjecellen) -> plasticiteit cerebellaire kernen -> premotore gebieden
Wat is associatief leren?
Koppeling van bepaalde signalen (conditioning stimulus en unconditioned stimulus)
- Bv knipperen bij geluid en Pavlov
- Ongecontroleerd via olivia inferior
- Sensorische informatie via mosvezels
Welke gebieden ontvangen informatie uit de pedunculus cerebellaris superior?
- Ventrale deel thalamus (motorthalamus)
- Nucleus ruber (rubrospinale baan)
- Vestibulaire kernen
- Colliculus superior
- Reticulaire formatie
Hoe verloopt de closed loop van het cerebellum?
Purkinje cellen -> cerebellaire kernen -> thalamus -> cerebrale schors -> pons -> purkinje cellen
Hoe verloopt de VOR?
Vestibulair ganglioncel -> vestibulaire kerncel -> motorneuron oogspier
- Input van purkinjecellen in vestibulocerebellum
- Aanpassing via klimvezels
Welke typen oogbewegingen zijn er?
- Saccades (vrijwillig): snelle draaiing met hoge vuurfrequentie, richten fovea op doel
- Gladde bewegingen: volgen bewegend target
- Fixaties: kleine beweging om uitdoven retina te voorkomen
Welke compensatoire oogbewegingen zijn er?
- Optokinetic nystagmus: saccade tijdens oogvolgbeweging
- Vestibulo-oculaire reflex
Welke zenuwkernen innerveren de oogspieren?
- Oculomotorius: rectus medialis, superior en inferior en obliquus inferior
- Abducens: rectus lateralis
- Trochlearis: obliquus superior
Welke kernen helpen bij oogbewegingen?
- PPRF: burst neuron (hoogfrequent)
- Omnipause neuron: inhibitie burst neuron (alleen inactief bij draaiing oog)
- PPH: tonisch neuron (laagfrequent) -> toename vuurfrequentie bij draaiing oog om niet-neutrale stand te behouden
- MLF: gelijkstijdige aansturing abducens en contralaterale oculomotorius
Welke structuren zijn nodig om saccades te genereren?
- Visuele schors
- Prefrontale cortex (verwerken)
- Parietale cortex
- Basale ganglia
- Colliculus superior (omnipauze neuron aansturen)
- NRTP
- Cerebellum (vermis)
- Hersenstam
Wat is het doel van het visuomotorische intergratiesysteem?
Waarnemen, voorspellen en plannen van motore actie
- Verstoord bij degeneratiestoornissen (PPC)