ZO12.3 Flashcards
Wat verstaan we onder de primaire hemostase?
Het proces waarbij een trombocytenplug wordt gevormd.
trombocyten bij primaire hemostase
Adhesie (hechting bloedplaatjes aan endotheel);
hiervoor is onder andere de Von Willebrand factor nodig.
Aggregatie (hechting bloedplaatjes aan elkaar)
De Von Willebrand factor heeft een belangrijke rol:
Het werkt als lijmvloeistof voor bloedplaatjes aan het sub-endotheel en aan elkaar.
Een tekort aan Von Willebrand factor leidt tot bloedingsneiging (ziekte van Von Willebrand).
secundaire hemostase
Zorgt voor versteviging van de bloedplaatjesplug.
Heeft als doel: vorming van fibrinedraden.
Tissue factor (weefselfactor) is de belangrijkste initiator van de secundaire hemostase.
Cascade van enzymactivatie in aanwezigheid van Calcium en fosfolipiden.
De laatste stap is de omzetting van fibrinogeen in fibrine.
Stollingsfactoren worden gemaakt in lever.
Aanmaak van factor II,VII, IX, X zijn afhankelijk van vitamine K.
De belangrijkste remmende factoren zijn:
Antitrombine
APC systeem en proteïne S
Wat is het eindproduct van de secundaire hemostase?
fibrine
Hemofilie A wordt veroorzaakt door een tekort aan …
Hemofilie B wordt veroorzaakt door een tekort aan …
stollingsfactor VIII
stollingsfactor IX
De meest voorkomende bloedingen bij hemofilie zijn:
Gewrichtsbloedingen
Spierbloedingen
Hersenbloedingen
Bloedingen na operaties en kiesextracties
Desmopressine (DDAVP)
stijging (eigen) FVIII en VWF; komt vrij uit endotheel als medicatie bij milde hemofilie A
tranexaminezuur
remt fibrinolyse
bij slijmvliesgerelateerde bloedingen of ingrepen
bijwerkingen DDAVP
DDAVP heeft een anti-diuretisch effect: tijdelijk is er geen of weinig urineproductie, waardoor een hyponatriëmie kan ontstaan, indien er geen vochtbeperking wordt gehouden.
De voornaamste contra-indicaties zijn:
Hart- en vaatziekten - ivm tachycardie, hypotensie en vochtretentie.
Zwangerschap - onbekende effecten, kan weeën opwekken.
Jonge leeftijd (< 4 jaar) - in verband met vochtretentie.
PT protrombinetijd
De tijd die nodig is om plasma te laten stollen na toevoeging van thromboplastine, een activator van extrinsieke stolling, en calcium.
aPTT
De tijd die nodig is om plasma te laten stollen na toevoeging van fosfolipide, een activator van intrinsieke stolling, en calcium.
APTT-reagens bevat geen tissue factor.
een verlengde PT met normale aPTT?
- factor VII deficientie
- vitamine K deficientie
een verlengde aPTT met een normale PT?
- factor VIII deficiientie (hemofilie A)
- factor IX deficientie (hemofilie B)
- gebruik heparine