HC.7.1 - Secundaire preventie - screening Flashcards
wat is de definitie van screening?
een medisch onderzoek bij mensen die geen gezondheidsklachten hebben. het onderzoek is gericht op het vinden van ziekte, een erfelijke aanleg voor ziekte, of risicofactoren die de kans op ziekte vergroten
wat is het doel van screening?
verhogen van (gezonde) levensverwachting/kwaliteit van leven in de populatie
heeft de screening of de klinische praktijk een hoge sensitiviteit/specificiteit?
klinische praktijk: hoge sensitiviteit
screening: hoge specificiteit
wat zijn de principes van screening?
wat zijn de voor- en nadelen van screening?
- voordelen: voorkomen sterfte, langer leven, minder invasieve behandeling, voorkomen morbiditeit van ziekte
- nadelen: FP/FN, overdiagnose, belasting, vroegontdekking zonder gezondheidswinst
wat is het bewijs van de effectiviteit van screening?
langere survival van screendetected kankers vs klinisch gediagnosticeerde kankers is niet genoeg door:
- lead time bias
- lengt bias
zie plaatjes
wat is het effect op incidentie en sterfte bij screening?
- eerste jaren na start screening: hogere incidentie, nog geen effect op sterfte
- lange termijn: incidentie stabiliseert, lagere mortaliteit
hoe kun je de effectiviteit van screening aantonen?
gerandomiseerde studies met als uitkomst ziekte-specifieke sterfte is de enige manier om effectiviteit van screening onomstotelijk aan te tonen
wat is het onderscheid tussen georganiseerde en opportunistische screening?
georganiseerde screening:
- hoge investeringen (nadeel)
- betere kwaliteit van screening (voordeel)
opportunistisch screening:
- minder gestructureerd en meer afhankelijk is van individuele zorgverleners en patiënten.
wat zijn de screening programma’s in NL?
- baarmoederhalskanker: uitstrijkje
- borstkanker: mammogram
- dikke darmkanker: FOBT