Conjunctions (voegwoorden) Flashcards
welke voegwoorden staan voor FANBOYS?
for, and, nor, but, or, yet, so (because, if, when, until)
wanneer gebruik je AND?
verbindt 2 gelijkwaardige zinnen.
Bv: He bought a book and a magazine.
And= is een nevenschikkend voegwoord
wanneer gebruik je If/ whether?
verbindt een hoofdzin met bijzin. (If en Whether zijn hetzelfde alleen is If informeler) (If= indien)
Bv: I will come if you ask me politely.
wanneer gebruik je OR?
verbindt 2 gelijkewaardige zinnen (dit merk je als je de zinnen om kunt draaien)
Bv: Is this bronze or gold
Or= is een nevenschikkend voegwoord
wanneer gebruik je Both?
Zowel; om aan te geven dat 2 dingen tegelijkertijd het geval zijn.
Both= is een nevenschikkend voegwoord
wanneer gebruik je AS?
om overeenstemming of vergelijking aan te geven.
Bv: My son is AS tall AS his father. (As/ because= daar, omdat)
Tenzij
Unless
When
als (wanneer, toen; tijdsbepaling)
While, whereas
Terwijl; while= op het moment/ whereas= tegenstelling
welke conjunction gebruik je om aan te geven dat aan een bepaalde voorwaarde voldaan moet zijn?
provided of providing (= mits)
Providing= als omstandigheden vastliggen en mensen er niks aan kunnen doen)
Provided= als door mensenlijk handelen de omstandigheden verandert kunnen worden.
The goods will be delivered on Tuesday providing the weather is good.
ondanks
in spite of/ despite (geen betekenisverschil)
In spite of/ despite his contacts, he did not get a visa.
hoewel
although= hoewel
Although he came in late he finished all his work.
Welke conjunction gebruik je bij menselijk handelen
Provided
welke conjuction wordt gebruikt als omstandigheden vastliggen?
providing