8.5 Klinische Criteria Diagnose & Stadiumbepaling Lymfomen Flashcards

1
Q

Waar wordt er naar gekeken bij clonaliteit?

A

Kappa of Lambda restrictie (Normaal 2:1)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de stadia van Non-Hodgkin Lymfoom?

A

I: 1 klier station of 1 extra nodale lokalisatie
II: 2 onafhankelijke stations aan 1 kant van het mediastinum
III: Meerdere stations aan weerszijde van mediastinum
IV: Beenmerg, CZS of organen lokalisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de kenmerken van DLCBL?

A
  • Kan overal in het lichaam voorkomen
  • Agressief
  • B-symptomen, pijnloze klierzwelling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de behandeling van DLCBL?

A

R-CHOP:
- Rituximab
- Cyclofosfamide
- Doxorubicine
- Vincristine
- Prednison

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat doet Rituximab?

A

Anti-CD20 monoclonale antistof:
- Antistof afhankelijke cel gemedieerde cytotoxiciteit (ADCC)
- Complement gemedieerde cytolysis (CDC)
- Apoptose
- Antistof afhankelijke fagocytose door macrofagen (ADP)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waaruit bestaat de IPI score?

A
  • Ouder dan 60 jaar
  • LDH >1x normaalwaarde
  • Performance status >2
  • Stadium III of IV
  • Meer dan 1 extranodale laesie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de behandeling bij stadium I of II DLBCL?

A

3 kuren R-CHOP + Involved node radiotherapie:
- 95% curatie
- Alternatief zonder RT: 4x R-CHOP + 2x Rituximab

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de behandeling bij DLBCL met risicofactoren?

A

6 kuren R-CHOP:
- 90% curatie
- Alternatief: 3x R-CHOP + Involved node RT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de behandeling bij stadium III of IV DLBCL?

A

6 kuren R-CHOP + 2x Rituximab:
- 50 tot 65% curatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de bijwerkingen van R-CHOP (8)?

A
  • Infusie reactie
  • Haaruitval
  • PNP
  • Mucositis
  • Anemie
  • Neutropenie
  • Infecties
  • Cardiomyopathie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe ziet de genezing bij DLBCL eruit?

A

2/3 geneest na 1e lijn behandeling
1/3 niet -> 50% krijgt autologe stamceltherapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe ziet de autologe stamceltherapie bij DLBCL eruit?

A

1) 2 kuren R-DHAP/R-GDP/R-ICE
2) CT: Reductie moet minstens 50% zijn
3) 3e kuur + Stamcelverzameling
4) 6 dagen myeloablatieve chemotherapie
5) 1 dag rust vervolgens stamcelinfusie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke patiënten hebben vaak een slechte survival?

A
  • Primair refractair (Geen remissie)
  • Refractair na 2e lijn
  • Recidief na autologe stamceltherapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe verloopt de kliniek van lymfomen?

A

Diagnose -> Stagnering -> Prognostische factoren -> Behandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn CAR T-cells?

A

Geprogrammeerde T-cellen die bepaalde eiwitten herkennen:
- Met retrovirus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke onderzoeken worden het meest gebruikt tijdens het identificeren van lymfomen?

A

Flowcytometrie en immunohistochemie

17
Q

Hoe werkt flowcytometrie?

A

Lichte ketens worden aangetoond met fluorochoom aan antistoffen die worden aangestraald met licht van een bepaalde golflengte

18
Q

Hoe werkt immunohistochemie?

A

Een peroxidase wordt gekoppeld aan een antilichaam dat specifiek het te detecteren antigeen herkent -> Kleurreactie

19
Q

Wat is een normale CD3 en CD5 aankleuring?

A

T-cellen in follikels en paracortex

20
Q

Wat kleurt BCL2 vaak aan?

A

Normale T-cellen en maligne B-cellen

21
Q

Wat is stagnering, gradering en typering?

A
  • Stagnering: Stadium/uitgebreidheid ziekte
  • Gradering: Agressiviteit
  • Typering: Classificatie
22
Q

Wat is een sterrenhemel morfologie?

A

Macrofagen die wit aankleuren:
- Bij Burkitts Lymfoom of precursor B-lymfoblastair lymfoom

23
Q

Welke cellen zijn TDT positief?

A

Onrijpe B-cellen:
- Precursor lymfoom

24
Q

Hoe is een lymfeklier ingedeeld?

A
  • Cortex met follikels met B-cellen
  • Paracortex met T-cellen tussen follikels
  • Plasmacellen in mergstrengen
  • Sinussen met histocyten/macrofagen
25
Q

Wat is een secundaire follikel?

A

Ontstaan uit primaire follikels:
- Follikelcentrum/kiemcentra
- Mantelzone
- Marginale zone
- Paracortex

26
Q

Wat zijn de voordelen van flowcytometrie?

A

Grote gevoeligheid en mogelijk om populatie aan te tonen

27
Q

Waaruit bestaat een antilichaam?

A
  • 2 zware ketens: IgG, IgA, IgM, IgE of IgD
  • 2 lichte ketens: Kappa of Lambda
  • Variabel deel met Complementarity Determining Region (CDR)
28
Q

Hoe komen antilichamen tot stand?

A

Chromosoom met verschillende V, D, J en C gen segmenten