ZO.4 - Gezichtsuitval: waar zit de laesie? Flashcards
Vraag
Antwoord
Waarom kunnen gezichtsvelduitval door afwijkingen aan de retina of papil vaak alleen met een gezichtsveldapparaat worden bepaald?
Omdat de gezichtsvelduitval meestal midden in het gezichtsveld zit.
Waarom blijft de gezichtsscherpte bij een patiënt met hemianopsie goed?
De patiënt behoudt de functie van één van beide helften van beide foveae, waarmee hij dan scherp kan zien.
Waarom kan de patiënt juist tegen een achtergrond van tegels het scotoom duidelijk zien?
Omdat het streeppatroon van de voegen onderbroken wordt door het scotoom.
Hoe komt het dat alleen en uitsluitend glasvochttroebelingen in het beeld bewegen en geen enkele andere vorm van gezichtsvelduitval?
Alles wat stil staat ten opzichte van het netvlies geeft een beeld wat na enige minuten niet meer waargenomen wordt. Glasvochttroebelingen bewegen ten opzichte van de retina.
Waardoor ontstaan de flitsen bij netvliesloslating?
Door ontladingen van de kegels en de staven die bij de netvliesloslating kapot getrokken worden.
Waarom kan een patiënt met maculadegeneratie nog goed auto’s zien aankomen maar geen nummerbord lezen?
Omdat hij alleen het scherpe zien in het midden mist door uitval van de macula, het perifere gezichtsveld is goed.
Waarom ziet de patiënt de wazige vlek bij migraine ophtalmique met beide ogen?
Omdat het beeld in de visuele cortex wordt verwerkt, waar informatie van beide ogen samenkomt.
Wat vraag je aan een patiënt als hij niet weet of hij de wazige vlek met één of beide ogen zag?
Vraag of hij de volgende keer één oog afdekt om te zien of de uitval in één of beide ogen is.
Waarom kunnen oogzenuwvezels slecht tegen drukverschillen in de lamina cribrosa?
Omdat het axonale transport tegen een steile drukgradiënt niet kan worden voortgezet.
Waarom is een vergrote blinde vlek bij papiloedeem alleen vast te stellen met een gezichtsveldapparaat?
Omdat het een defect is in het centrum van het gezichtsveld dat je met confrontatieonderzoek niet opspoort.
Waarom is er geen relatief afferent pupildefect bij bilaterale opticusatrofie?
Omdat beide oogzenuwen in gelijke mate zijn aangedaan en er dus geen verschil is tussen de twee ogen.
Aan welke kant is er bandatrofie bij een linkszijdige homonyme hemianopsie?
Aan de linkerkant, want daar is de nasale netvlieshelft uitgevallen.
