Duits K4 L1 Flashcards
1
Q
vanzelfsprekend
A
Selbstverständlich
2
Q
geweldig
A
hammer
3
Q
van … tot …
A
Vom … bis zum …
4
Q
de uitnodiging
A
die Einladung
5
Q
de verjaardag
A
der Geburtstag
6
Q
het verjaardagsfeestje
A
die Geburtstagsparty
7
Q
het feestje
A
die Party
8
Q
uitnodigen
A
einladen
9
Q
verwachten
A
erwarten
10
Q
vieren
A
feiern
11
Q
feliciteren
A
gratulieren
12
Q
meebrengen
A
mitbringen
13
Q
sturen
A
schicken
14
Q
Hoe nodig ik iemand uit? : begroeting
A
Hallo …,
15
Q
Hoe nodig ik iemand uit?: midden
A
Nächste Woche werde ich 16 und das müssen wir feiern. Wir werden am 19. März um 19 Uhr etwas trinken gehen.
Hast du Lust?
Schick mir eine WhatsApp zurück/ Gib mir Bescheid