Regulatie perifere circulatie Flashcards
perifere circulatie
om perifere weefsels van stoffen te voorzien om er voor te zorgen dat afvalstoffen worden afgevoerd, vooral geregeld op endotheelniveau in arteriolen
regulatie bloedflow per orgaan
neuraal: constrictie naarmate sympaticus meer wordt geactiveerd
lokaal: rek, behoefte, flow
activatie sympaticus op arterien
vasoconstrictie, maar leidt niet sterk tot vergroting perifere weerstand = geleidingsvaten
activatie sympaticus op arteriolen
veel vasoconstrictie > totale perifere weerstand neemt heel erg toe = weerstandsvaten
activatie sympaticus op venen
venoconstrictie, cardiac output vergroting = capaciteitsvaten
Waar heeft sympaticus met name invloed op?
grotere arteriolen
Welk mechanisme is tussen grote en kleine arteriolen het belangrijkst?
myogeen mechanisme
metabool mechanisme
heeft bij het capillaire netwerk het grootste netwerk op vasodilatatie
autoregulatie
bloedflow wordt constant gehouden ondanks de verschillende bloeddrukken
autoregulatie bij bifurcatie
bloeddruk achter stenose daalt dus minder bloedtoevoer, ateriolen erachter zullen dilateren om dit te compenseren
grootste bijdrage totale vasculaire weerstand
arteriolen
atherosclerose
voornamelijk in proximale geleidingsvaten
vernauwing geleidingsvaten
nauwelijks effect op bloedflow voorbij stenose zolang arteriolen kunnen compenseren met dilatatie
chronische dilatatie
capaciteit tot extra flow verhoging bij toename O2 behoefte komt in gevaar > kan leiden tot ischemie
dense bodies
knooppunten intermediaire filamenten met alfa actines met actinedraden; tussen dense bodies myo- en actinefilamenten
- contractie: dense bodies dichter bij elkaar