Ionkanalen en hartpotentialen Flashcards
P top
depolarisatie atria
delay
tussen P en Q, in de prikkeloverdracht van atria op ventrikels via AV-knoop
QRS complex
depolarisatie septum en ventrikels
R top
depolarisatie ventriculaire hartspiercel
T top
repolarisatie ventrikels en ventriculare hartspiercellen
Wat hebben pacemakercellen in SA, AV en Purkinje
automatische depolarisatie
Wanneer ontstaat een AP
bij een verhoging van de membraanpotentiaal; als depolarisatie waarde boven drempel komt gaat Na de cel in (depolarisatie), K de cel uit (repolarisatie)
refractaire periode
komt overeen met re-activatiefase van natriumkanalen
AP in hartspiercellen
Na kanalen open, gaan snel dicht maar Ca kanalen zijn ook open gegaan > langere tijd depolarisatie. Als Ca sluit zorgen K kanalen voor repolarisatie
Kanaaleiwit
24 transmembraan alfa helices
S4 helix
een voltage-sensor. Is positief geladen en richt naar negatief
- in rust: intracellulair
- depolarisatie: extracellulair, kanaal gaat open
sluiting kanaal
wordt in gang gezet door een los segment dat zich na een bepaalde tijd in het kanaal vastzet en zo de doorgang verhinderd.
AP in ventriculaire hartspiercellen
Na/Ca exchanger laat in het begin de AP oplopen
- begin AP: 3 Na naar buiten en 1 Ca naar binnen
- repolarisatie: 3 Na naar binnen, 1 Ca naar buiten
AP in pacemakercellen
- If: automatische activatie van AP en T-type Ca kanalen
- plateau; L-type Ca kanalen
- ritme: SA hoogst, Purkinje laagst
- parasym: remming If en ICa, stimulatie Ik (sym andersom)
hyperkaliëmie
verhoging van extracellulaire [K+], kan leiden tot spier tetanus, hartritmestoornissen of hartstilstand