PD. Spina bifida (wordt niet getoetst) Flashcards

1
Q

Etiologie

A

Aangeboren defect van de wervelkolom & CNS
* Incidentie Nederland: 1:2000 levendgeborenen
* Een van de meest voorkomende aangeboren afwijkingen van het
centraal zenuwstelsel
* Genetische component in 60-70%
* Primaire preventie middels Foliumzuur inname
* Ongeveer 25-30 kinderen per jaar in Nederland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Embryologie

A

In 3e en 4e week na conceptie ontwikkelt de neuraal plaat. In het centrale deel van de groeven groeien de wanden naar elkaar en dat vormt de neuraal buis. De sluiting is aan het einde van de 4 week compleet.

Stoornissen leiden tot neuraal buis defecten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Neuraalbuisdefecten

A
  • cranioschisis
  • anencephalie
  • enchepalocele
  • iniencepahlie
  • spina bifida occulta
  • closed spinal dysraphism
  • meningocele
  • myelomeningocele
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat gebeurt er bij een myelomeningocele?

A

Neuraalplaat ontwikkeling gaat verkeerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Impact na postnatale sluiting myelomeningocele

A
  • geen functie onder niveau van het defect
  • 85% heeft een waterhoofd
  • 90% Chiari II (afwijking in de aanleg en ligging van de kleine hersenen, delen van de kleine hersenen afgedaald in het achterhoofdsgat en naast het ruggenmerg komen te liggen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waardoor schade?

A

2 hit hypothese
* door verstoorde aanleg is er verstoorde functie
* schade neemt toe door blootliggen placode en neurotoxiciteit vruchtwater. De functie gaat achteruit gedurende de zwangerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Foetale therapie

A

2e hit voorkomen.

De schade kan herstellen door ingrijpen. Chiarii II en waterhoofd verdwijnt in deel van patiënten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Postnatale behandeling

A

standaard

Postnataal neurochirurgisch sluiten van defect
* stoppen liquorlek
* voorkomen van infectie
* behoud neurologische functies
* geen herstel van functies!

Vaak gecombineerd met plaatsen VP drain (in 84%)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom foetale therapie

A
  • Het is een heftige aandoening
  • Postnatale behandeling leidt niet tot verbeterde neurologische uitkomst
  • verbeterde prenatale diagnostiek zorgt voor vroege diagnose en mogelijkheden voor vroegtijdige interventie
  • basis voor interventie is 2 hit hypothese

Prenataal sluiten van defect geeft WEL verbetering van prognose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

MOMS II trial uitkomsten

A
  • Minder shunts (49% vs 85%)
  • Betere motorische uitkomst, mobiliteit en onafhankelijk lopen
  • Betere cognitieve score
  • Hogere score op “kwaliteit van leven”
  • Verminderde totale negatieve impact op gezin
  • Minder noodzaak tot Clean Intermittent Catheterization op
    schoolgaande leeftijd (62% vs 87%)
  • Meer kans op spontane mictie (24% vs 4%)
  • Minder residu vorming
  • Minder gebruik van urologische medicatie (44% vs 67%)

Wel verhoogd risico op vroeggeboorte en obstetrische complicaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Comorbiditeit

A
  • hydrocephalus
  • openstaande anus
  • klompvoeten
  • sensomotore uitval, blaas- en darmfunctiestoornissen
  • wervelkolomafwijkingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Arnold Chiari malformatie

A

Achterhoofdsgat is te wijd waardoor de cerebrellaire tonsillen op het verlengde merg kunnen drukken. Ongeveer 95% van de spina bifida patiënten heeft dit, niet iedereen heeft er last van

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

ventriculoperitoneale drain

A

Slang in ventrikel komt uit in buikholte, liquor wordt opgenomen door het peritoneum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

neurologisch langer termijn gevolg

A
  • hydrocephalus
  • tethered spinal cord syndroom
  • Arnold Chiari malformatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

orthopedisch langer termijn gevolg

A
  • scoliose
  • voetafwijkingen (klompvoet)
  • heupluxatie
  • kalkarm skelet/fracturen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

algemeen langer termijn gevolg

A
  • urologisch
  • darmfunctiestoornissen
  • pubertas praecox
17
Q

plastisch langer termijn gevolg

18
Q

revalidatie langer termijn gevolg

A

aanpassingen in leefomgeving en hulpmiddelen

19
Q

psychosociaal langer termijn gevolg

A

anders en afhankelijk zijn