Maatschappijleer 3,5 + 3,6

Question 1

constitutionele monarchie

Answer 1

Een staatsvirn waarin de taken en bevoegdheden van het staatshoofd in de grondwet zijn vastgelegd

Question 2

ministeriële verantwoordelijkheid

Answer 2

de minister is verantwoordelijk voor wat de koning doet

Question 3

onschendbaar

Answer 3

niet verantwoordelijk voor politieke daden

Question 4

demissionair kabinet

Answer 4

Ministers blijven in functie todat er een nieuw kabinet komt

Question 5

fractie

Answer 5

vertegenwoordigers van een bepaalde partij

Question 6

Stemrecht

Answer 6

Bij wetvoorstellen, de eerste en tweede kamer kunnen het aanvaarden of verwerpen

Question 7

Budgetrecht

Answer 7

Dan kan de eerste of tweede kamer de rijksbegroting wel of niet goed te keuren

Question 8

politieke cultuur

Answer 8

de manier waarop politici met elkaar omhoog (veel overleggen)

Question 9

poldermodel

Answer 9

Een besluit nemen waar iedereen wat moet toegeven

Question 10

Recht van initiatief

Answer 10

Om zelf een wetsvoorstel in te dienen (tweede kamer)

Question 11

recht van amendement

Answer 11

Hiermee kan de tweede kamer een wet wijzigen

Question 12

Recht om vragen te stellen (controleren)

Answer 12

Aan ministers of setaatssecretarissen

Question 13

Recht om een motie in te dienen (controleren)

Answer 13

Verzoek aan de minister om iets te doen of niet te doen

Question 14

Recht van interpellatie (controleren)

Answer 14

Spoeddebat aanvragen met de Minister over een kwestie

Question 15

Recht van onderzoek en enquête (controleren)

Answer 15

Mogelijkheid om een onderdeel van het regeringsbeleid grondig te onderzoeken