frans 18 fr>nl Flashcards
le vote
stem
élire
gekozen
le conseil des ministres
ministerraad
présider
voorgezeten
l’assemblée nationale
nationale vergadering
projet de loi
wetsvoorstel
chute
val
expulser
uit … zetten
conclure
afleiden
pouvoir
macht
propos
woorden
droit d’asile
asielrecht
les partis de gauche
linkse partijen
le budget
begroting
l’etat
staats
un ennemi
vijand
l’avenir
toekomst
la civilisation
beschaving
un engagement
beloftes
l’indépendance
onafhankelijkheid
bénéfocier de
profiteren van
en voie de développement
ontwikkelings
un compatriote
landgenoten
dénoncer
aan de kaak gesteld
avec détermination
vastberaden
sacrifier
opgeofferd
une vocation
roeping
le conseil municipal
gemeenteraad
un observateur
waarnemers
la séparation
scheiding
accomplir
vervuld
l’exil
ballingschap
accorder
verleend
imposer
opgelegd
influencer
beïnvloeden
le ministre des affaires étrangères
minister van buitelandse zaken
un collaborateur
medewerkers
le proche-orient
midden-oosten
le secrétaire d’etat
staatssecretaris
le porte-parole
woordvoerder