Les 50 Flashcards
参る ( まいる)
gaan, komen [nederig] I, intr
居る ( おる)
er zijn [nederig] I, intr.
お目にかかる ( おめにかかる)
ontmoeten [nederig] I, intr
叶う ( かなう)
uitkomen (wensen, dromen) I, intr
夢が叶う ( ゆめがかなう)
de droom komt uit I, intr.
頂く ( いただく)
eten, drinken [nederig] I, tr
申す ( もうす)
zeggen, heten [nederig] (meestal wordt voor
‘zeggen’ 申し上げる gebruikt) I, tr.
致す ( いたす)
doen [nederig] I, tr.
伺う ( うかがう)
vragen, horen, bezoeken [nederig] I, tr
生かす ( いかす)
benutten I, tr.
存じる ( ぞんじる)
te weten komen [nederig] II, tr.
淹れる ( いれる)
(koffie, thee) zetten II, tr
コーヒーを淹れる ( コーヒーをいれる)
koffie zetten II, tr.
迷惑をかける ( めいわくをかける)
overlast veroorzaken II, tr
緊張する ( きんちょうする)
zenuwachtig worden III, intr
感謝する ( かんしゃする)
dankbaar zijn III, intr
拝見する ( はいけんする)
kijken, bekijken [nederig] III, tr.
用意する ( よういする)
voorbereiden III, tr.
応援する ( おうえんする)
aanmoedigen III, tr.
私 ( わたくし)
ik [nederig]
ガイド
gids
メールアドレス
e-mailadres (ook wel メアド)
スケジュール
schema, rooster, planning
再来週 ( さらいしゅう)
de week na de volgende, over twee weken
再来月 ( さらいげつ)
de maand na de volgende
再来年 ( さらいねん)
het jaar na het volgende
初めに ( はじめに)
eerst
賞金 ( しょうきん)
prijzengeld
キリン
giraffe
心から ( こころから)
vanuit mijn hart
お礼 ( おれい)
dankwoord
お元気でいらっしゃいますか。 ( おげんきでいらっしゃいますか。)
Hoe gaat het met u?
江戸東京博物館 ( えどとうきょうはくぶつかん)
Edo-Tokio museum
頃 ( ころ)
tijd, periode