Les 38 Flashcards

1
Q

気持ちがいい ( きもちがいい)

A

fijn, aangenaam i-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

気持ちが悪い ( きもちがわるい)

A

onaangenaam, weerzinwekkend i-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

気が強い ( きがつよい)

A

een sterke wil hebben i-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

いけない

A

niet goed i-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

大人しい ( おとなしい)

A

rustig, stil i-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

優しい ( やさしい)

A

aardig, lief i-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

電源を切る ( でんげんをきる)

A

uitschakelen, uitzetten I, tr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

嘘をつく ( うそをつく)

A

liegen I, tr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

押す ( おす)

A

drukken I, tr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

ハンコを押す ( はんこをおす)

A

stempel zetten I, tr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

似ている ( にている)

A

lijken op (vgl. 似る) II, intr.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

育てる ( そだてる)

A

opvoeden, grootbrengen II, tr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

電源を入れる ( でんげんをいれる)

A

inschakelen, aanzetten II, tr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

鍵を掛ける ( かぎをかける)

A

op slot doen, vergrendelen II, tr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

旅行に参加する ( りょこうにさんかする)

A

deelnemen aan een reis III, intr.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

入院する ( にゅういんする)

A

in het ziekenhuis worden opgenomen III, intr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

世話をする ( せわをする)

A

zorgen voor III, intr.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

喧嘩する ( けんかする)

A

ruziën III, intr.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

整理する ( せいりする)

A

ordenen III, tr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

大きな ( おおきな)

A

groot na-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

小さな ( ちいさな)

A

klein na-A

22
Q

大好き ( だいすき)

A

gek zijn op na-A

23
Q

不思議 ( ふしぎ)

A

mysterieus, vreemd na-A

24
Q

赤ちゃん ( あかちゃん)

A

baby

25
Q

小学校 ( しょうがっこう)

A

basisschool

26
Q

海岸 ( かいがん)

A

kust, strand

27
Q

工場 ( こうじょう)

A

fabriek

28
Q

かな

A

kana (hiragána en katakána)

29
Q

指輪 ( ゆびわ)

A

ring (sieraad)

30
Q

電源 ( でんげん)

A

stroomtoevoer, stroomschakelaar

31
Q

習慣 ( しゅうかん)

A

gewoonte

32
Q

~製 ( ~せい)

A

gemaakt in…

33
Q

一昨年 ( おととし)

A

het jaar voor vorig jaar, twee jaar geleden

34
Q

お先に[失礼します]。 ( おさきに[しつれいします]。)

A

Pardon, ik ga alvast.

35
Q

回覧 ( かいらん)

A

mededelingenblad voor wijk/straat dat van de ene
bewoner naar de andere wordt gebracht

36
Q

研究室 ( けんきゅうしつ)

A

onderzoekskamer, kantoor v/e docent

37
Q

きちんと

A

net, verzorgd

38
Q

方法 ( ほうほう)

A

methode, manier

39
Q

冊 ( さつ)

A

[maatwoord voor boeken, schriften enz.]

40
Q

ハンコ

A

stempel

41
Q

双子 ( ふたご)

A

tweeling

42
Q

姉妹 ( しまい)

A

zussen

43
Q

五年生 ( ごねんせい)

A

vijfdejaars

44
Q

性格 ( せいかく)

A

persoonlijkheid, karakter

45
Q

~点 ( ~てん)

A

… punten

46
Q

年齢 ( ねんれい)

A

leeftijd

47
Q

仕方 ( しかた)

A

manier van doen

48
Q

中学校 ( ちゅうがっこう)

A

onderbouw van de middelbare school

49
Q

原爆ドーム ( げんばくドーム)

A

Atoombomkoepel, naam van een vredesmonument
in Hiroshima

50
Q

出雲大社 ( いずもたいしゃ)

A

Izumo Taisha, naam van een schrijn in Izumo

51
Q

時間が経つ ( じかんがたつ)

A

de tijd verstrijkt, gaat voorbij I, intr.