Les 19 Flashcards
眠い ( ねむい)
slaperig i-A
強い ( つよい)
sterk i-A
弱い ( よわい)
zwak i-A
体にいい ( からだに いい)
goed voor je lichaam i-A
登る ( のぼる)
beklimmen I, intr
山に登る ( やまに のぼる)
een berg beklimmen I, intr
泊まる ( とまる)
verblijven, overnachten I, intr.
ホテルに泊まる ( ホテルに とまる)
in een hotel overnachten I, intr.
なる
worden I, intr
掃除する ( そうじする)
schoonmaken III, tr.
洗濯する ( せんたくする)
de was doen III, tr.
練習する ( れんしゅうする)
oefenen, trainen III, tr.
ゴルフをする
golf spelen III, tr
相撲をする ( すもうをする)
aan sumoworstelen doen III, tr
ダイエットをする
op dieet gaan, afvallen III, tr
無理な ( むりな)
onmogelijk, overdadig na-A
練習 ( れんしゅう)
oefening, training
ゴルフ
golf (sport)
相撲 ( すもう)
sumoworstelen (sport)
お茶 ( おちゃ)
de theeceremonie
日 (ひ)
dag, zon
調子 ( ちょうし)
toestand, gesteldheid
一度 ( いちど)
eenmaal, eens
一度も ( いちども)
niet één keer (gebruikt met ontkenning)
だんだん
geleidelijk
もうすぐ
zometeen
お蔭様で。 ( おかげさまで。)
Dank u
乾杯! ( かんぱい!)
Proost!
ダイエット
dieet
でも
maar
東京スカイツリー ( とうきょうスカイツリ)
Tokyo Skytree, naam van een televisietoren in
Tokyo
葛飾北斎 ( かつしかほくさい)
Katsushika Hokusai (1760-1849), naam van een
beroemde Japanse prentkunstenaar