Les 30 Flashcards
丸い ( まるい)
rond i-A
貼る、張る ( はる)
opplakken I, tr.
飾る ( かざる)
neerzetten, decoreren I, tr.
戻す ( もどす)
terugzetten, terugleggen I, tr
しまう
opbergen I, tr.
目が覚める ( めがさめる)
wakker worden II, intr
掛ける ( かける)
ophangen II, tr
並べる ( ならべる)
naast elkaar zetten II, tr.
植える ( うえる)
planten II, tr
まとめる
samenstellen, samenvatten II, tr
決める ( きめる)
beslissen II, tr
そのままにする
iets laten zoals het is III, tr
生活する ( せいかつする)
leven III, intr.
予習する ( よしゅうする)
lesstof voorbereiden III, tr
復習する ( ふくしゅうする)
lesstof herhalen III, tr
授業 ( じゅぎょう)
les, college
講義 ( こうぎ)
hoorcollege
ミーティング
vergadering
予定 ( よてい)
plan
ガイドブック
gids (boek)
カレンダー
kalender
ポスター
poster
予定表 ( よていひょう)
rooster, schema
ごみ箱 ( ごみばこ)
prullenbak
人形 ( にんぎょう)
pop
花瓶 ( かびん)
vaas
鏡 ( かがみ)
spiegel
引き出し ( ひきだし)
lade
玄関 ( げんかん)
hal (van een woonhuis)
廊下 ( ろうか)
gang (van een woonhuis of gebouw)
池 ( いけ)
vijver
元の所 ( もとのところ)
waar iets was, waar iets hoort (oorspronkelijke plek)
周り ( まわり)
omgeving
真ん中 ( まんなか)
midden
隅 ( すみ)
hoek (v/e kamer o.i.d.)
まだ
nog steeds
リュック
rugzak
非常袋 ( ひじょうぶくろ)
pakket met spullen voor geval van nood
非常時 ( ひじょうじ)
ten tijde van nood
懐中電灯 ( かいちゅうでんとう)
zaklamp
~とか、~とか
~ of, ~ of zo (ook: ‘en zo’)
ある~
een zekere ~
夢を見る ( ゆめをみる)
dromen
嬉しい ( うれしい)
blij
嫌な ( いやな)
vervelend, stom
すると
en toen