Les 21 Flashcards
1
Q
凄い ( すごい)
A
geweldig, enorm i-A
2
Q
勝つ ( かつ)
A
winnen I, intr
3
Q
役に立つ ( やくに たつ)
A
nuttig zijn I, intr
4
Q
動く ( うごく)
A
bewegen I, intr.
5
Q
思う ( おもう)
A
denken, vinden I, tr
6
Q
言う ( いう)
A
zeggen I, tr
7
Q
負ける ( まける)
A
verliezen II, intr
8
Q
辞める ( やめる)
A
stoppen, ophouden II, tr
9
Q
会社を辞める ( かいしゃを やめる)
A
ontslag nemen II, tr
10
Q
気をつける ( きを つける)
A
opletten, uitkijken II, tr
11
Q
留学する ( りゅうがくする)
A
in het buitenland studeren III, intr.
12
Q
話をする ( はなしを する)
A
vertellen, spreken, praten III, tr.
13
Q
無駄な ( むだな)
A
zinloos, nutteloos na-A
14
Q
不便な ( ふべんな)
A
onhandig na-A
15
Q
本当 ( ほんとう)
A
echt
16
Q
嘘 ( うそ)
A
leugen, onwaarheid
17
Q
自動車 ( じどうしゃ)
A
auto
18
Q
交通 ( こうつう)
A
verkeer, openbaar vervoer
19
Q
物価 ( ぶっか)
A
prijzen
20
Q
放送 ( ほうそう)
A
uitzending
21
Q
ニュース
A
nieuws
22
Q
アニメ
A
anime
23
Q
漫画 ( まんが)
A
manga
24
Q
デザイン
A
ontwerp, design
25
夢 ( ゆめ)
droom
26
天才 ( てんさい)
genie
27
試合 ( しあい)
wedstrijd
28
意見 ( いけん)
mening
29
話 ( はなし)
verhaal, gesprek
30
地球 ( ちきゅう)
de aarde
31
月 ( つき)
maan
32
最近 ( さいきん)
recentelijk, onlangs
33
多分 ( たぶん)
waarschijnlijk
34
きっと
vast en zeker
35
本当に ( ほんとうに)
echt
36
そんなに
niet zo (gebruikt met ontkenning)
37
～について
over …, met betrekking tot …
38
久しぶりですね。( ひさしぶりですね。)
Lang niet gezien!
39
～でも飲みませんか。( ～でものみませんか。)
Heeft u geen zin om … of zo te gaan drinken?
40
もちろん
natuurlijk, uiteraard
41
もう帰らないと……。 ( もう かえらないと……。)
Ik moet naar huis…
42
天神祭り ( てんじんまつり)
tenjin-fesitval
43
カンガルー
kangaroe
44
試合をする ( しあいをする)
een wedstrijd houden
