Les 36 Flashcards
珍しい ( めずらしい)
zeldzaam i-A
事故に遭う ( じこにあう)
in een ongeluk verzeild raken I, intr
腐る ( くさる)
eten bederft I, intr.
運ぶ ( はこぶ)
vervoeren I, tr
過ぎる ( すぎる)
passeren II, intr
七時を過ぎる ( しちじをすぎる)
zeven uur passeren II, intr
慣れる ( なれる)
wennen II, intr
仕事に慣れる ( しごとになれる)
wennen aan werk II, intr
チャレンジする
een uitdaging aangaan III, tr
利用する ( りようする)
gebruiken, benutten III, tr
特別 ( とくべつ)
speciaal na-A
貯金する ( ちょきんする)
geld sparen
剣道 ( けんどう)
kendo
柔道 ( じゅうどう)
judo
ラッシュ
spitsuur
曲 ( きょく)
muziekstuk, lied
毎週 ( まいしゅう)
iedere week
毎月 ( まいつき)
iedere maand
毎年 ( まいとし・まいねん)
ieder jaar
このごろ
de laatste tijd
やっと
eindelijk
かなり
behoorlijk
必ず ( かならず)
beslist
絶対に ( ぜったいに)
absoluut
上手に ( じょうずに)
kundig, vaardig
できるだけ
zo veel mogelijk
ほとんど
bijna helemaal, bijna niet
お客様 ( おきゃくさま)
gast, klant (vgl. お客さん)
水泳 ( すいえい)
(het) zwemmen
乗り物 ( のりもの)
voertuig
~世紀 ( ~せいき)
…e eeuw
遠く ( とおく)
verte
汽車 ( きしゃ)
stoomtrein
汽船 ( きせん)
stoomboot
大勢の人 ( おおぜいのひと)
een enorm aantal mensen, een menigte
していらっしゃる
している [erend]
使っていらっしゃるんですね ( つかっていらっしゃるんですね)
使っていますね。 [erend]