27 Flashcards
peitschen
met de zweep slaan
aandrijven, opzwepen
(figuurlijk) geselen
zeichnen
tekenen, (figuurlijk) beschrijven, schetsen
(onder)tekenen
empfangen
ontvangen
der Verschleiß
slijtage
verschleißen
verslijten
durchlöchern
gaten maken in, doorboren, perforeren
(figuurlijk) uithollen, verzwakken
zwängen
persen, dringen
erpressen, abpressen
afpersen
aberkennen
ontzeggen
das Unentschieden
gelijkspel
Auflösung v, Lösung
ontknoping
die Tordiferenz
doelsaldo
der Zwerg, Knirps
dwerg
der Schlund
keelgat
muil
afgrond
die Ansicht
mening, opvatting: nach meiner Ansicht (of: meiner Ansicht nach) mijns inziens
afbeelding, prent: Ansicht von Delft gezicht op Delft
aanzicht: vordere Ansicht vooraanzicht
umgehend
onmiddelijk
Konkurs machen
failliet gaan
bankrott
failliet, bankroet
gewissermaßen
in zekere zin, zogezegd, tot op zekere hoogte