ZO week 9

Question 1

wat zijn de kenmerken van hyperacute afstoting?

Answer 1

• veel neutrofielen
• geen lymfocyteninfiltratie

Question 2

wie hebben een verhoogd risico op hyperacute afstoting?

Answer 2

vrouwen die zwanger zijn geweest en mensen die eerder transplantatie hebben gehad6

Question 3

wat zijn de kenmerken van acute afstoting?

Answer 3

uitgebreide infiltratie met lymfocyten

Question 4

wat zijn de kenmerken van chronische afstoting?

Answer 4

vooral afwijking in de bloedvaten
- weinig lymfocyten
- fibrose, atrofie en dichtslibben van bloedvaten

Question 5

wat is de behandeling van hyperacuut, acuut en chronisch?

Answer 5

medicatie bij chronisch geen zin alleen bloeddruk goed reguleren
acuut: prednison
hyperacuut: geen medicatie

Question 6

voorbeelden geven van infectieuze complicaties van transplantatie in relatie tot de tijd na transplantatie
benoemen wat de risicofactoren zijn voor infectieuze complicaties na transplantatie
aangeven hoe infectieuze complicaties van transplantaties kunnen worden voorkomen

Question 7

Een infectie in de eerste maand na transplantatie wordt meestal veroorzaakt door endogene ‘opportunistische micro-organismen’ juist/onjuist

Answer 7

onjuist want exogeen

Question 8

Corticosteroïd behandeling kan de lichaamstemperatuur verlagen. juist/onjuist

Answer 8

juist

Question 9

CMV infectie treedt meestal pas op vanaf 4 weken na transplantatie. juist/onjuist

Answer 9

juist en gaat dan ook op het transplantaat zitten

Question 10

welke score is er voor mortaliteit?

Answer 10

de AMBU score als die >2 dan wordt je opgenomen in ziekenhuis en >4 op de IC
Ademhaling, Mentale toestand, BD en Ureum