HC.10.1: Een patiënt met gewrichtsklachten (incl. weekinleiding) Flashcards

1
Q

waar moet je aan denken bij inflammatoire pijn?

A

ochtend stijf > 60 minuten, nachtpijn, beter bij bewegen en
- rubor, calor, dolor, tumor (zwelling)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn de kenmerken van inflammatoir gewrichtsklachten?

A

pijn: ochtend
bewegingsbeperking: actief en passief
zwelling: aanwezig
rood: soms (acute artritis)
Ochtendstijfheid: langer dan 1 uur

TENTAMEN

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn de kenmerken van NIET-inflammatoir gewrichtsklachten?

A

pijn: avond, bij belasten
bewegingsbeperking: actief
zwelling: benig
rood: nee
Ochtendstijfheid: korter dan 45 min

TENTAMEN

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn de eigenschappen van articulair (gewricht)?

A
  • zwelling/pijn beperkt tot het gebied van gewrichtskapsel
  • bewegingen in alle richting beperkt
  • actief en passief pijnlijk
  • pijnlijk , voor in volledige strekstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zijn de eigenschappen van peri-articulair?

A
  • vaak groot gebied, verloop van de pees, bursa of spier
  • vaak alleen pijn in een bepaalde bewegingsrichting
  • actief pijnlijk, passief niet pijnlijk
  • bij bursitis meeste pijn in buigstand
  • isometrisch testen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat bedoelen we met passief bewegen?

A

je beweegt hem niet zelf maar de arts doet het voor je

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wanneer noemen we een gewrichtsklacht chronisch?

A

na 6 weken tot 3 maanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is een acute artritis?

A

rood, warm, gezwollen gewricht. diagnose dmv gewrichtspunctaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is chronische artritis?

A

zelden rood of extreem warm. diagnose obv symptomencomplex, lab gegevens, röntgen en beloop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat wordt bedoelt met mono, oligo en poly articulair?

A

mono = 1
oligo = 2-5
poly > 5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is de DD van mono artritis?

A
  • septisch
  • jicht
  • pseudojicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is de DD van oligo artritis?

A
  • SpA (assymetrisch, DIP, PIP, knie, voet, rug)
  • SLE (PIP, knie, symmetrisch)
  • gonococcen (enkel, knie)
  • pseudojicht
  • sarcoïdose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is de DD van polyartritis?

A
  • RA (symmetrisch, kleine gewrichten)
  • viraal
  • OA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

welk AO is belangrijk bij gewrichtsklachten?

A

röntgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly