ZO week 10 Flashcards

1
Q

Welke twee auto-antilichamen komen vooral voor in RA en welke is uniek voor RA?

A

Reumafactor (RF) en antilichamen gericht tegen gecitrullineerde peptiden/eiwitten (ACPA = anti-citrullinated protein/peptide antibodies) bijvoorbeeld anti-CCP antilichamen.

ACPA (bijvoorbeeld anti-CCP antilichamen) zijn zeer specifiek voor RA.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem drie pro-inflammatoire cytokinen die belangrijk zijn in de pathogenese van reumatoïde artritis.

A

TNFalpha, IL-1beta, IL-6

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welk cytokine is essentieel voor botafbraak en welk eiwit is in staat dit te neutraliseren? Welk cytokine ratio bepaalt het osteoclastogenese proces?

A

RANKL is essentieel voor osteoclastogenese en activatie van osteoclasten. Osteoclasten spelen een centrale rol in botafbraak (“bot afbrekende cellen”). OPG is een decoy eiwit dat kan binden aan RANKL en voorkomt dat RANKL kan binden aan zijn receptor RANK. De balans RANKL/OPG bepaalt de mate van botafbraak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke medicijnen schrijf je bij deze patiënte voor met RA?

A

Hydroxychloroquine, sulfasalazine, NSAID’s (bijvoorbeeld ibuprofen), en/of methotrexaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zijn klachten van SLE?

A
  • algehele malaise
  • haaruitval
  • verkleuring van de vingers in de koud
  • orale aften
  • huiduitslag op het gelaaat op wangen en neusrug
  • 10-14 jaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is een reactieve artritis?

A

een artritis als reactie op een ontsteking elders in het lichaam zonder dat de bacterie uit het gewricht kan worden gekweekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is de verwekker van acuut reuma?

A

na een pahryngitis: bèta haemolutische streptoc groep A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is het syndroom van Reiter?

A

artritis, urethritis en conjunctivitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

welk gen is in 90% van de gevallen positief bij spondylartritiden?

A

HLA-B27 dit is ook bij ziekte van bechterew

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is het verschil tussen septische/bacteriële artrotos en reactieve artritis?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly