PD week 10 Flashcards

1
Q

wat is de indeling van uveïtis?

A

anterior (60-90%): oogkamer
intermediair: glasvocht
posterior: netvlies
panuveïtis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn de kenmerken van anterior uveïtis?

A

pijn, fotofobie en soms vermindering visus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn de kenmerken van posterior uveïtis?

A

pijnloos en vaak vermindering visus door BIJVOORBEELD floaters, retinitis of macula oedeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is een voorbeeld van granulomateus?

A

sarcoïdose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is een voorbeeld van non-granulomateus?

A

HLA-B27

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn complicaties van uveiïtis?

A

macula oedeem, cataract of glaucoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

welke ziekte kan elke uveïtis veroorzaken?

A

sarcoïdose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is de meest voorkomende verwekker van uveïtis?

A

toxoplasma (parasiet) -> uveïtis anterior
daarnaast zorgen virussen voor anterior en posterior

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is de behandeling van uveïtis?

A

anterior: AB druppels
posterior: prikjes AB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke infectie verwekker komt bij elke soort voor bij uveïtis?

A

lues

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is de diagnostiek van uveïtis?

A

klinisch beeld, bloedonderzoek, OCT/fluorescentie angiogram, thoraxfoto/ (PET-)CT en anylyse voorste oogkamer vocht (PCR en goldmann-wittmer coëfficient

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zijn de kenmerken van spondylitis ankylopoetica?

A
  • sterke associatie HLA-B27
  • ontsteking van de rug , met sacroillitis
  • niet-gramulateus
  • = morbus bechterew
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is een Fuch’s heterochrome uveïtis?

A
  • transilluminatie (= ?
  • meestal door rubella
  • vaak unilaterlae uveïtis anterior + heterochromie van iris + cataract
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is juveniele idiopathische artritisuveïtis?

A
  • pijnloze uveïtis anterior dit is zonder rood en geen pijn (uitzondering dus)
  • complicaties”glaucoom en cataract
  • risicofactoren: oligoartritis, <4 jaar, ANA+, meisjes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat zijn kenmerken van CMV-uveïtis?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat zijn kenmerken van intermediair uveïtis?

A
  • minst voorkomend
  • idiopathisch, sarcoïdose, MS (kan eerste presentatie ervan zijn), ziekte van lyme, Rubella
  • inflammatie van glasvocht, pars retina en pars plana
17
Q

wat zijn ziektes die bij uveïtis posterior voorkomen?

A
  • toxoplasmose (belangrijk)
  • sarcoïdose
  • idiopathisch
  • Birdshot retinopathie
  • syfilitis (belangrijk), test op HIV
  • CMV/ HBV/ VZV
18
Q

wat is de prognose van uveïtis veroorzaakt door toxoplasmose?

A

gunstig mits laesie niet in de macula zit. je test maar als het positief is zegt het niet zoveel want je kan ook drager zijn of een infectie die niet in het oog komt. je test dus wel met oogvocht

19
Q

wat zijn de kenmerken van endophalmatitis?

A

rood, pijn, visusdaling en hypopion

20
Q

wat geef je bij sarcoïdose?

A

methotrexaat (granulomateuze ziekte)

21
Q

wat is de diagnostiek van sarcoïdose?

A

s-IL-2R en dan doe je een PET-scan

22
Q

wat zijn de kenmerken van scleritis?

A
  • actieve ontsteking van de sclera
  • roodheid en hevige pijn
23
Q

wat is een panuveïtis door Vogt Koyanagi Harada?

A

reactie tegen melanocyte, met name in azië en hindoestase ptn
hierbij kleurt een stukje huid niet goed

24
Q

wat is het onderscheid tussen episcleritis en scleritis?

A

Het onderscheid kan gemaakt worden
door vasoconstrictieve druppels zullen
oppervlakkige vaten verbleken. epi blijft wit en scleritis wordt rood omdat het dieper ligt. ook heeft een scleritis een T-sign

25
Q

wat is het verband tussen scleritis en RA?

A

veel ptn met scleritis hebben reuma maar weinig RA ptn hebben scleritis

26
Q

wat is de behandeling van scleritis?

A
  • Oogdruppels (steroiden / nsaid)
  • NSAID
  • Prednison
  • Immunomodulerende medicatie