Week 4 literatuur Flashcards

1
Q

Waar komen stressfracturen het meest voor?

A

Metatarsalia (Marsfractuur) of dorsomediale tibia:
- Harde, pijnlijke zwelling
- 6 tot 8 weken rust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke microscopische waarnemingen zijn zichtbaar bij tendinopathie?

A
  • Toename tussenstof
  • Uiteenwijken collageen
  • Verlies samenhang en schaarste aan ontstekingscellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar komt het chronisch compartimentsyndroom het meest voor?

A

In de anticusloge

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een voetballersenkel?

A

Beperkte en pijnlijke dorsiflexie door litteken en osteofyt vorming van mediale malleolus en tibia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke aandoeningen ontstaan ter hoogte van de kniepees insertie?

A
  • Jumpersknee: Volwassenen
  • Osgood Schlatter: Jongens rond 14 jaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn een runner’s knee en een voetbalknie?

A
  • Runners knee: Iliotibiaal frictiesyndroom (Laterale femurcondyl)
  • Voetbalknie: Meniscusscheur (Vaak verticaal)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke spieren zijn vaak aangedaan door een spierscheur?

A

Bi-articulaire spieren:
- Gastrocnemius caput mediale
- Rectus femoris
- Biceps femoris

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke zenuw is het vaakst aangedaan bij knieletsel?

A

Nervus peroneus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is osteochondritis dissecans?

A

Aseptische necrose van een klein deel van het subchrondrale bot:
- Vaak posterolaterale deel van de mediale femurcondyl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly