week 10 HC6 wat is een lichaam? Lichaamsbeelden en lichamelijkheid Flashcards
1
Q
wat was de filosofie van Plato?
A
lichaam als kerker van de psyche/ziel en de ziel wordt bij de dood ‘bevrijd’
2
Q
wat was de filosofie van Descartes?
A
‘Een levend menselijk lichaam is als een uurwerk dat is opgewonden, een dood lichaam is als een uurwerk dat kapot is’
3
Q
waaruit bestaat het dualisme?
A
- res cogitans: de geest als vrij, onstoffelijk en eeuwig
- res extensa: het lichaam als beperkt, stoffelijk en tijdelijk
4
Q
wat is het monisme en de tegenstrijd?
A
- tegenwoordig geest = materieel (hersenprocessen), maar in de dagelijkse praktijk lichaam en geest toch nog grotendeels gezien als gescheiden domeinen
- we identificeren de persoon met diens ‘geest’: (ernstige dementie, PVS, hersendood)
- hedendaags westers dualisme:
lichaam = machine
geest = individu
5
Q
waarvoor staan Körper en Leib?
A
- Körper = lichaam als object - het lichaam dat we hebben, dat kunnen we observeren
- Leib = lichaam als subject - het lichaam dat we zijn, ons lijf, waarmee we waarnemen, dat we ervaren, ‘geleefde lichaam’
6
Q
wat zijn de consequenties van verschillende lichaamsbeelden in de medische praktijk?
A
- ervaringen van patiënten en betekenis van hun lichaam - krijgt vaak onvoldoende aandacht
- patiënt vaak gezien als kapot lichaam, of zelfs gereduceerd tot een kapot onderdeel, i.p.v. als een volledige mens
- geneeskunde kan moeilijk omgaan met lichaam-geest interactie (psychosomatiek)
7
Q
moderne westerse geneeskunde denkt dualistisch en gaat uit van een mechanistisch lichaamsbeeld, wat is het voordeel hiervan?
A
- mechanische visie maakt veel van de huidige geneeskunde mogelijk
8
Q
moderne westerse geneeskunde denkt dualistisch en gaat uit van een mechanistisch lichaamsbeeld, wat zijn de nadelen hiervan?
A
- reductionisme
- weinig aandacht voor (lichaams) ervaring van patiënten
- weinig begrip en aandacht voor psycho-somatiek