systemische behandeling van uitgebreide gemetastaseerde ziekte Flashcards
vormen systemische therapie (curatief en niet-curatief)
curatief:
preventief
neo-adjuvant: voorafgaand aan lokale therapie (chirurgie) om kans op curatie te vergroten
adjuvant: achteraf na lokale therapie om kans op curatie te vergroten
inductie: om tumor voorafgaand aan mogelijke lokale therapie te verkleinen
niet-curatief:
levensverlengend
palliatief (klachten verminderen)
voor en nadelen niet-curatieve behandeling
e
nadelen:
tijd in het zh
bijwerkingen
kosten
voordelen:
klachten vermindering
levensverlenging
hoop–> verbetering qoL
afweging maakt pt
aard van metastase, leeftijd en conditie van pt en de behandelwens spelen hierbij een rol
niet-curatieve behandeling systemische therapie: prognose zonder en met behandeling
prognose zonder behandeling= 6-8 mnd
prognose met behandeling 24 mnd
doelgerichte therapie:
VEGF-inhibitie
EGFR-inhibitie
BRAF-inhibitie
specifieke middelen die op kankercellen aangrijpen
VEGF-inhibitie (bevacizumab): blokkeert vegf receptor–> minder angiogenese
EGFR-inhibitie (cetuximab/panitumumab): blokkeert receptor en remt hiermee angiogenese en proliferatie
bij 40% mensen CRC is KRAS gen gemuteerd, RAS staat hierdoor altijd aan in deze cascade, het geven van EGFR remming heeft heit geen zin
BRAF-inhibitie: remmen proliferatie en angiogenese. BRAF zit in zelfde pathway als EGFR. Maar onder RAS, dus braf remmes hebben wel zin bij RAS mutatie.
vaak worden BRAF en EGFR remmers samen gegeven
RAS–> BRAF–> MEK
immuuntherapie
kanker remt lichaamseigen immuunrespons, door immuuntherapie wordt de immuunrespons weer geactiveerd. Door de remming op de immuunrespons te blokkeren
CTLA-4 remmers (ipilimumab) : bindt aan CTLA-4 receptor op T-cel, zo kan DC cel niet binden
PD-1 remmers (nivolumab): grijpt in tussen interactie T-cel en tumorcel
CRC is gevoelig voor immuuntherapie. Vooral lynchsyndroom 5% (mismatch repair systeem stuk), hier werkt het beter dan chemo.
peri-operatief FLOT bij maagcarcinoom (curatieve behandeling)
prognose van maagcarcinoom is vaak slecht omdat het pas vaak in een laat stadium ontdekt wordt.
vaak chemo voor en na de operatie
5 jrs overleving:
alleen operatie: 23%
operatie + peri-operatieve chemo: 45%
–> 22% winst
nadelen:
toxisch, hierdoor maakt < 50% de behandeling af en >20% heeft ernstige toxiciteit (graad 3-4 –> zh opname of levensbedreigend)
systemische therapie niet-curatief maagcarcinoom
pronose onbehandeld: < 6 mnd
prognose behandeld: 12 mnd
behandeling bestaat uit chemo (vaak meerdere middelen tegelijk), zorgt voor betere overleving en ook bijwerkingen. Kaalheid, braken, gehoorproblemen en nierfalen
20% maagcarcinomen is Her 2 positief, hier is ook gerichte therapie voor
neoadjuvante CRT bij oesofaguscarcinoom
en adjuvante immuuntherapie
5 wkn rt en chemo (cisplatine)
voordelen: overlevingswinst, verbetering passage en minder kans op lokaal recidief
nadelen: grote belasting pt
overlevingswinst: 13%
adjuvante immuuntherapie wordt soms hierna gegeven als er resttumor zit in het resectiepreparaat. Dan 1 jr immuuntherapie. Dit verdubbeld de mediane overleving.
Maar nog altijd is de 5 jrs overleving 50%
systemische therapie bij niet-curatief oesophaguscarcinoom
prognose onbehandeld: 3,5 mnd
prognose met behandeling: 6-9 mnd
verbeterd vnl de kwali van leven
3 belangijkste prognostische factoren
performance status, leeftijd en tumor type