STATIO II - Tekst 6: Hannibal over de Alpen (tot en met exercitus) Flashcards
1
Q
ad +
A
acc.: naar, tot bij; bij
2
Q
qui,
A
quae, quod: die, dat
3
Q
Italia,
A
Italiae: Italië
4
Q
dividere,
A
divido, divisi, divisum: scheiden, verdelen
5
Q
venire,
A
venio, veni, ventum: komen
6
Q
nemo,
A
nullius: niemand
7
Q
umquam:
A
ooit
8
Q
praeter +
A
acc.: langs; behalve
9
Q
Hercules,
A
Herculis: Hercules
10
Q
is,
A
ea, id: die, dat; hij, zij, het
11
Q
mons,
A
montis: de berg
12
Q
cum +
A
abl.: met, samen met
13
Q
exercitus,
A
exercitus: het leger