28/11 Flashcards
Verworden
een wond of wonden veroorzaken bij
Verwonding
Wond
Normal gezien
Usually
Aantreffen
Toevallig vinden
Tatoeage
Tatto
Escaleren
Van conflicten( erger/ heviger worden
Rechtvaardigheid
Justice
Deelnemen
Take part
Opzettelijk
Met een bepaalde bedoeling/ intentional
Misbruiken
Opzettelijk op een verkeerde/slechte manier gebruiken. / abuse
Bluffen
Bluff
Mimiek
Facial expressions
Ontmaskeren
aantonen dat iemand die onschuldig leek in werkelijkheid slecht is
Uiteraard
Vanzelfsprekend
Provoceren
Provocate
Destructief
Destructive
Emmer
Bucket
Barriere
Barrier
Verhouding
Ratio propotion/ relationship
Verzetten
1) op een andere plaats of in een andere stand zetten
2) naar een ander tijdstip verplaatsen
II zich verzetten reflexief werkw.
Uitspraak: [vər’zɛtə(n)]
Afbreekpatroon: ver·zet·ten
Vervoegingen: verzette zich (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen: heeft zich verzet (volt.deelw.)
iets of iemand proberen tegen te houden