18/03 Flashcards

1
Q

De hinderlaag

A

schuilplaats van waaruit je iemand onverwacht aanvalt
Voorbeeld: `De soldaten liepen onderweg in een hinderlaag van de vijand.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Suffig

A

niet helemaal helder

2) niet heel actief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ondermijnen

A

de macht van iemand) zwakker maken
Voorbeeld: Dit soort grapjes ondermijnen het gezag van de directeur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Razen

A

met hoge snelheid en lawaai bewegen
Voorbeeld: het razende verkeer

2) met veel lawaai laten merken dat je heel boos bent
Voorbeeld: razen en tieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Handlanger

A

Uitspraak: [ˈhɑntlɑŋər]
Afbreekpatroon: hand·lan·ger
Verbuigingen: handlangers (meerv.)

de handlang|ster zelfst.naamw.
Uitspraak: [ˈhɑntlɑŋ|stər]
Afbreekpatroon: hand·lan·ger
Verbuigingen: handlangsters (meerv.)

iemand die een ander helpt bij een misdaad
Voorbeeld: De inbreker had enkele handlangers die op de uitkijk stonden.
Synoniem: medeplichtige

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Beramen

A

1) (een plan) uitdenken en voorbereiden
Voorbeeld: een overval beramen
Synoniemen: plannen, voorbereiden

2) (kosten) globaal berekenen
Voorbeeld: een verbouwing beramen op tienduizend euro
Synoniemen: ramen, schatten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ontwrichten

A

iets dat werkt, georganiseerd is) helemaal verstoren
Voorbeeld: Door een stroomstoring in Utrecht is het treinverkeer in grote delen van het land ontwricht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Het Standpunt

A

) hoe je over iets denkt
Voorbeeld: Binnen de partij zijn er verschillende standpunten over wie de partijleider moet worden.
Synoniem: mening

2) plaats waar je staat en naar iets kijkt
Voorbeeld: een foto van een kerk nemen vanuit verschillende standpunten

Bakış açısı( point of view)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Verontwaardiging

A

boosheid over onrecht
Voorbeeld: heftige/grote verontwaardiging over de bezuinigingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Uitvaardigen

A

een wet of besluit) officieel afkondigen
Voorbeeld: een verbod uitvaardigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kleven

A

1) (van iets) een beetje plakken als je het aanraakt
Voorbeelden: Honing kleeft van nature.,
De verf is nog niet helemaal droog en kleeft nog een beetje.
Synoniem: plakkerig zijn

2) vastzitten (aan)
Voorbeelden: Melk blijft een beetje aan het glas kleven.,
De spaghetti kleeft aan elkaar.,
Werkgevers zien vooral nadelen kleven aan oudere werknemers.
Synoniem: plakken

3) op te korte afstand rijden achter de auto die voor je rijdt
Voorbeeld: Wat vervelend, die auto achter me zit te kleven.
Synoniem: bumperkleven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Kwal

A

1) glazig wit of blauw dier in zee - jellyfish
kwallenbeet - jellyfish’s sting

2) heel vervelende man - annoying fool
een kwal van een vent - a bad egg (person)

Deniz anası

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly