23/03 Flashcards

1
Q

Begaan

A

1) doen (iets slechts)
Voorbeelden: een stommiteit begaan,
een misdaad begaan
Synoniem: plegen

2)
iemand laten begaan (iemand niet stoppen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Metselaar

A

iemand die als beroep muren bouwt met bakstenen en specie
Voorbeeld: Hij heeft zich gespecialiseerd als metselaar in de restauratiebouw.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Zondigen

A

een (geloofs)regel overtreden
Voorbeeld: zondigen tegen een principe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vergen

A

nodig zijn
Voorbeeld: De inspanning heeft te veel van haar krachten gevergd.
Synoniemen: vereisen, vragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Poolshoogte te nemen

A

ergens poolshoogte nemen (onderzoeken hoe het ergens is)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Opleggen

A

iemand) dwingen tot
Voorbeeld: een boete opleggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Toestoppen

A

1) (iemand die in bed ligt) bedekken met een deken
Voorbeeld: Eerst je kinderen toestoppen en dan zelf naar bed gaan.
Synoniem: toedekken (1)

2) (iemand iets) geven zonder dat iemand anders het ziet
Voorbeeld: Een briefje van tien euro toegestopt krijgen van je opa.
Synoniem: toespelen (1)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

İk stond op eigen benen

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Telkens

A

iedere keer weer
Voorbeeld: telkens vergeten de dop op de tube te doen
Synoniemen: steeds weer, steeds opnieuw, herhaaldelijk,

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Prompt

A

onmiddellijk
Voorbeeld: Je stopt de cd in de computer en prompt begint de installatie van het programma.
Synoniem: meteen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Grondbezitter

A

iemand die veel land in eigendom heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Reactionair

A

uiterst conservatief

II de reactionair zelfst.naamw. (m.)
Verbuigingen: reactionairen

iemand die uiterst conservatief is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly