Week 13 HC 7 Ritme- en geleidingsstoornissen 2 Flashcards
Wat is de prevalentie van hartritmestoornissen?
- Ongeveer 2% van de populatie heeft te maken met aritmieën.
- De meeste hiervan zijn atriumfibrilleren en heeft een prevalentie van 1-2%, 5-15% bij 75+
- AV-knoop re-entry tachycardie 2,5/1.000
- WPW 1-3/1.000
- Romano ward 1/7.000
- Brugada 5/10.000
Hoe verloopt de indeling van tachycardieën?
Supraventriculaire tachycardieën = SVT (vaak smal complex, origine boven het niveau van de ventrikels, goedaardig):
1. Alleen atria weefsel:
- (Inappropriate) sinus tachycardie
- SA-knoop re-entry tachycardie (SANRT)
- Intraatriaal re-entry tachicardie (IART)
- Atriale tachycardie
- Multifocale atriale tachycardie
- Atriumfibrilleren
- Atriumflutter
2. AV-junctie
- AV-knoop re-entry tachycardie (AVNRT)
- Atrioventricular re-entry tachycardie (AVRT)
- (Versnelde) functionele tachycardie (lijkt op AVRNT, heel zeldzaam)
Ventriculaire tachycardieën = VT (vaak breed complex, omdat het langer duurt om vanuit de ventrikels het hele hart te activeren, origine in de ventrikels, kwaadaardig)
Smal Complex tachycardieën: (QRS-complex < 120 ms, vrijwel altijd SVT)
Breed complex tachycardieën: (QRS-complex > 120 ms)
- SVT met pre-excitatie (zoals bij WPW) of aberratie (problemen bundeltak geleiding)
- VT (altijd eerst uitgaan van VT, omdat deze vaker een slechte prognose geeft)
- Pacemakerritme
Afbeelding 57
Wat is kenmerkend bij een gedenerveerd hart?
Dit is een hart zoals die bij een harttransplantatie in de patiënt wordt geplaatst
- Heeft een hartslagfrequentie van 90-110 slagen per minuut:
Komt doordat bij geinnerveerde harten het automoe zenuwstelsel het ritme verlaagd
- Geen respons bij hypovolemia, vasodilatatie of inspanning
- Verzwakte respons bij verandering in vullingsdruk
- Verzwakte RAAS
- Normale rust inotropie
Wat zijn verschillende sinusknoopdisfuncties?
Sinus bradycardie
- Asymptomatisch
- Vooral bij jonge, goed getrainde personen
- <60 BPM
Sinus tachycardie
- Vrijwel altijd secundair aan een ander probleem zoals angst
- >100 BPM
Sinusknoopafwijkingen:
1. Sick sinus syndrome (SSS)
- Tachycardie-bradycardie
- Bradycardie-tachycardie
- Chronotropische incompetentie (bij toenemende inspanning neemt de pulsfrequentie onvoldoende toe)
2. Sinus node re-entry (SANRT) (hogere frequentie door re-entry)
3. Inappropriate sinus tachycardie (IST) (continu verhoogde hartslag)
4. Postural tachycardie syndroom (POTS) (verhoogde hartslag (minstens 30 slagen) in staande positie)
Wat is kenmerkend bij een sinus tachycardie?
- Hogere hartslag
- Hoeft niks ernstigs te zijn
- Rate: >100 BPM
- P-P regularity: Regelmatig
- R-R regularity: Regelmatig
- P wave: Aanwezig
- P:QRS-ratio: 1:1, verband aanwezig
- PR interval: Normaal, neemt toe bij hogere hartslag
- QRS breedte: Normaal
Afbeelding 58
Wat is kenmerkend bij een atriale tachycardie?
- Plots begin en einde
- Ergens in de boezem begint weefsel opeens snel te vuren
- Gebruikt wel normaal geleidingssysteem
- Rate: 100-180 BPM
- P-P regularity: Regelmatig
- R-R regularity: Regelmatig
- P wave: Morphology, zal veranderen van sinus P wave
- P:QRS-ratio: 1:1
- PR interval: Interval verandert ten opzichte van de sinus PR
- QRS breedte: Normaal, maar kan ontwikkelen tot brede complexen
Afbeelding 59
Wat is kenmerkend bij een multifocal atrial tachycardie?
- Niet 1 maar verschillende plekken in de boezems beginnen te vuren (niet ver van boezem fibrilleren af)
- Vaak bij mensen die ziek zijn
- Rate: >100 BPM
- P-P regularity: Onregelmatig onregelmatig
- R-R regularity: Onregelmatig onregelmatig
- P wave: Minstens 3 verschillende P wave morfologie
- P:QRS-ratio: 1:1
- PR interval: Verschillend
- QRS breedte: Normaal
Afbeelding 60
Wat is kenmerkend bij een atriale flutter?
- Boezem slaat op hol door re-entry
- Cirkel draait rond in de rechter boezem rond de tricuspidalis klep of de fibrotische klep ring
- Ziek weefsel nodig voor het kunnen ontstaan (zieke mensen, oude mensen)
- Rate: Boezem slaat 250-350 BPM, ventrikel BPM verschilt door de geleiding
- P-P regularity: Regelmatig
- R-R regularity: Vaak regelmatig, maar kan verschillen
- P wave: ‘Zaagtand’ P wave morfologie
- P:QRS-ratio: Verschillend, kan 1:1, 2:1, 3:1, 4:1 zijn
- PR interval: Verschillend
- QRS breedte: Normaal
Afbeelding 61
Hoe kan een a. carotis massage helpen bij een flutter zichtbaar maken?
Als je erop drukt, waardoor het hart vagaal wordt gemaakt. Hierdoor wordt minder doorgegeven aan de ventrikels en wordt de flutter beter zichtbaar maken.
Wat zijn kenmerken van een AVNRT?
AV-knoop re-entry tachycardie
- Meest voorkomende ritmestoornis bij jonge mensen (vooral bij vrouwen)
- Ontstaat doordat er meerdere geleidingswegen (in 30%) zijn in de AV-knoop:
1. Snelle weg
2. Ferfractair weefsel
Hierdoor ontstaat er een circuit binnen de AV-knoop
- P-top en QRS-complex valt op hetzelfde moment
Afbeelding 62
Wat zijn kenmerken van een AVRT?
Atrioventricular re-entry tachycardie
- Speelt niet alleen af in de AV-knoop
- Bijpass over fibrotische klepring door spierweefsel waardoor een extra weg is van boezem naar kamer
- Stukje spier gaat al depolariseren zonder dat het elektrisch signaal daar is via het geleidingsweefsel (WPW-syndroom, Wolff-Parkinson-White)
- Hoe groter het gebied, hoe duidelijker de deltagolf
- Orthodrome AVRT: Heen over de AV-knoop, terug via de extra verbinding. De boezems worden eerst geactiveerd en vervolgens de kamers
- Antidrome AVRT: Heen via extra verbinding, terug via AV-knoop. De P-toppen liggen dan vaak ver achter het QRS-complex
Afbeelding 63
Wat zegt de P-top over de ritmestoornis?
Meer P-toppen dan QRS-complexen
- Probleem in boezem: Atriale tachycardie, flutter
Evenveel P-toppen als QRS-complexen
- Kijken waar de P-top valt: in elkaar AVNRT, los van elkaar AVRT
Welke verschillende breedcomplextachycardieën zijn er?
- SVT
- VT (levensbedreigend)
- Pacemaker rhythm
Wat is kenmerkend bij een ventriculaire tachycardie?
- P-top loopt dwars overal doorheen
- Kamerritmestoornis
- Rate: 100-200 BPM
- P-P regularity: Variabel
- R-R regularity: Regelmatig
- P wave: Geen verband met atriale slagsnelheid
- P:QRS-ratio: Variabel
- PR interval: Geen
- QRS breedte: Breed (>/= 0,12s)
Afbeelding 64
Wat is kenmerkend bij een fast VT (ventriculaire flutter)?
- Rate: 200-300 BPM
- P-P regularity: Geen
- R-R regularity: Regelmatig
- P wave: Geen
- P:QRS-ratio: Geen
- PR interval: Geen
- QRS breedte: Breed (>/= 0,12s)
Afbeelding 65