Vaatlijden Flashcards

1
Q

Typische AAA

A

Patiënten hebben meestal geen klachten, vaak per toeval ontdekt. Als geruptureerd, dan wel klachten; plotse hevige rug/buikpijn met hypotensie als gevolg. Bloed kan door naar buik, dan snel bloedverlies. Indicatie voor spoedoperatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat doe je als verdenking AAA ruptuur?

A

4x V: vragen (radioloog, vaatchirurg, OK-team), voorzichtig vullen (2 infusen) en visualiseren (CT-a en echo).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is normaal voor aorta en wanneer spreek je van aneurysma

A

Normaal is diameter <2cm en aneurysma >3cm of kaliberverschil >150%. Opereren als >5cm bij vrouwen en mannen >5,5cm. Ruptuurkans vergroot bij snelle groei, blijven roken en vrouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Classificatie AAA naar vorm

A
  • Sacculair: verslapping aan 1 kant
  • Fusiforme: verslapping beide kanten
  • False aneurysma: bloed door gemaakt gaatje in zijkant vat.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Onderliggend mechanisme AAA

A

Niet helemaal bekend, waarschijnlijk combi van: elastine probleem, vaatwand wordt dan zwak, hypertensie en zeker erfelijk component (onbekend wat)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Lokalisatie AAA

A

Suprarenaal (tot aan diafragma), pararenaal, juxtarenaal (net onder a. renalis) en infrarenaal (stukje verder onder arterie, dus nog bloed naar nieren).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De dissectie van AAA is op te delen in 2 classificaties; welke?

A
  • DeBakey classificatie:
  • Stanford classificatie: type A bevat aorta descendens voor cardiothoracale chirurgen. En type B voor vaatchirurgen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Diagnostiek voor AAA

A
  • LO: Grey-Turner sign (ruptuur) en pulsatiele massa
  • Echo, CTA (gouden standaard) en MRA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Behandeling AAA

A
  • Conservatief (tot 5/5,5cm): echografisch vervolgen, management risicofactoren, trombocytenaggregatieremmers, statines en anti-hypertensiva.
  • Chirurgie: snelle groei, >5/5,5cm, blebs aanwezig, geïsoleerde iliaca aneurysma en embolievorming.
    Opties:
    o Open repair: via buikincisie, ruptuur aorta opzoeken (infrarenaal is beste), buisprothese om aorta
    o EVAR/endovasculair aneurysma repair: minimaal invasief, kortere opnameduur, vlot herstel, wel lange follow-up door risico op lekken. Stent via lies inbrengen
    Complicaties: endoleak
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Fontaine classificatie

A
  1. Asymptomatisch
  2. Claudicatio; 2A>200m lopen, 2B <200m lopen.
  3. Pijn in rust, vragen of wakker in de nacht en wat pt dan doet
  4. Gangreen/necrose, wonden genezen niet meer. Is samen met 3 indicatie voor invasieve therapie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

LO chronisch perifeer arterieel vaatlijden en AO

A
  • Inspectie: kleur, wonden/necrose en trofische stoornissen. Palpatie: temperatuur, pulsaties en sensibiliteit en motoriek
  • AO: gouden standaard is enkel-armindex, teendrukmeting, duplex en CTa.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Behandelen chronisch perifeer arterieel vaatlijden

A
  • Conservatief Fontaine 1,2: secundaire preventie (risicofactoren: stoppen roken, glucose, voeding, antihypertensiva. Maar ook ascal/clopidogrel).
    Of gesuperviseerde looptraining
  • Operatief (vanaf 2b): endovasculair (percutane transluminale angioplastiek + stent (+looptraining)), trombo-endarterectomie in lies, bypass of amputatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Acute arteriële occlusie

A

Symptomen zijn 5 P’s: pulselessness, pain, paralysis (verlies motorische functie), pallor (bleek) en paresthesia (verlies sensoriek) (evt. polar/koudheid).
Acute pijn en neemt toe in ernst. Distaal meest uitgesproken, daar ischemie het ergste.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Oorzaken arteriële occlusie:

A
  • Embolie: stolsel elders in lichaam gevorm
  • Arteriële trombose: op die plek verstopping gevormd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Diagnostiek bij arteriële occlusie

A
  • LO: verwacht bleek en koud, geen pulsaties, acute voetpijn, niet bewegen. Vergelijk handen met voeten.
  • AO: mogelijk afwezig doppler tonen, duplex-> occlusie. En op CTA: acute stop bij occlusie.
    Rutherford classificatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Behandelen arteriële occlusie

A

Trombolyse: meest gangbare behandeling, tenzij bedreigd been of contra-indicaties

17
Q

Carotisstenose

A

Vernauwing in deel carotis (bijv. door atherosclerotische plaque met/zonder trombus), je hebt milde, matig-ernstige of ernstige stenose. Kan asymptomatisch, maar kan ook neurologische symptomen. Als TIA, ischemisch CVA en amaurosis fugax (tijdelijk blind, uiting soort TIA)
Diagnostiek via duplex + CTA/MRA

18
Q

Behandelen carotisstenose

A
  • Secundaire preventie: medicamenteus (trombocytenaggregatieremmer + statine) en risicofactor management (leefstijl, bloeddruk etc.)
  • Interventie: CEA (carotis end arteriëctomie) en CAS (carotis artery stenting -> voor patiënten <70jr)