PD. 1 Pompfunctiestoornissen Flashcards

1
Q

Wat is orthopneu?

A

Klassieke klacht bij hartfalen

Het is een vorm van benauwdheid. In de geneeskunde wordt met orthopneu verwezen naar een situatie waarin iemand ademhalingsproblemen heeft tijdens het platliggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de symptomen bij hartfalen?

A
  • Dyspneu (kortademigheid) -> Onaangename sensatie van ademhaling of ademtekort
  • Orthopneu
  • Paroximale nachtelijke orthopneu
  • Hartkloppingen (Hoge HF, om verminderde slagvolume te compenseren)
  • Vermindering van de inspanningstolerantie
  • Oedeem (Waar en tot hoe ver)
  • Vermoeidheid
  • Verandering in gewicht

Verminderde eetlust -> Maar stabiele gewicht (teken van hartfalen)

(Veel plassen -> ‘s nachts uit bed om te plassen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom is de voorgeschiedenis belangrijk bij hartfalen?

A

Sommige factoren kunnen een grote risicofactor vormen voor hartfalen, zoals:
- Hoge bloeddruk
- Hartinfarct
- Suikerziekte
- Chemotherapie
- Bestraling
- (Veel) Alcohol gebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wordt de ernst van de klachten ingeschat bij hartfalen?

A

NYHA

Klasse 1: Geen klachten
Klasse 2: Slight limitation
Klasse 3: Marked limitation
Klasse 4: Severe limitation

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is cardiomegalie?

A

Vergroot hart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de medicamenteuze therapie voor de pathofysiologie van hartfalen?

A
  • Inotropica (Voor verminderde cardiac output, alleen via het infuus)
  • Bètablokker (Voor adrenerge activatie)
  • Vasodilatoren (Vasoconstrictie)
  • Diuretica (Voor Na en waterbehoud)
  • ACE-inhibitoren/ARB (Voor Renine-angiotensine activatie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke overige behandelingen (naast medicaties) bestaan er voor hartfalen?

A
  • Corrigeren van de onderliggende oorzaak
  • Preventie plotse hartdood (bijv. door een ICD)
  • Optimaliseren van de pompfunctie -> Biventriculaire pacen
  • Mechanische ondersteuningen (ECMO, LVAD)

Vocht- en zoutbeperking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is myocarditis?

A

Ontsteking van de hartspier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar worden de draden aangelegd bij pacen?

A

Rechter atrium en de ventriculus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar moet er naar worden gekeken bij de diagnostiek van pompfunctiestoornissen?

A
  • Symptomen
  • Voorgeschiedenis
  • Familie risicofactoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke familie anamnese zijn risicofactoren voor pompfunctiestoornissen?

A
  • Plotse dood op vroege leeftijd
  • Mensen in de familie met hartfalen
  • Premature HVZ
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn ingrijpende therapieën voor het dagelijks leven de patiënt met hartfalen?

A
  • Streng dieet (Vocht- en zoutbeperking)
  • Medicaties
  • Dagelijks wegen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly