De Opmat Thema 5 Flashcards
en
musical
muzikaal (thema 5)
en
pop music, rock music
popmuziek (de; -, thema 5)
en
instrument
instrument (het; -en, thema 5)
en
to lose
kwijtraken (thema 5) (raakte kwijt, raakten kwijt; is kwijtgeraakt)
en
line, (bus) number
lijn (de; -en, thema 5)
en
ontbijten (thema 5)(ontbeet, ontbeten; heeft ontbeten)
to have breakfast
en
favoriet (thema 5)
favourite
en
afwas (de; -, thema 5)
dishes
en
middernacht (de; -, thema 5)
midnight
en
ervaren (thema 5)(ervoer, ervoeren; heeft ervaren)
to experience
en
zojuist (thema 5)
just, a short while ago
en
salsa
salsa (de, thema 5)
en
student years
studententijd (de, thema 5)
en
last, previous
vorig (thema 5)
en
koor (het; koren, thema 5)
choir
en
salsa (de, thema 5)
salsa
en
jazz
jazz (de, thema 5)
en
internet (het; -, thema 5)
internet
en
kwijtraken (thema 5) (raakte kwijt, raakten kwijt; is kwijtgeraakt)
to lose
en
vervolgens (thema 5)
next, afterwards
en
to repeat
herhalen (thema 5) (herhaalde, herhaalden; heeft herhaald)
en
better
beter (thema 5)
en
dalen (thema 5)
to go down, to descend
en
snob (de; -s, thema 5)
snob
en
section, department
afdeling (de; -en, thema 5)
en
sporting
sportief (thema 5)
en
between, among
tussen (thema 5)
en
occasionally, now and then
af en toe (thema 5)
en
post (de; -, thema 5)
post
en
homework
huiswerk (het; -, thema 5)
en
journaal (het; -s, thema 5)
news
en
verschillend (thema 5)
different
en
voetbalwedstrijd (de; -en, thema 5)
soccer match
en
snob
snob (de; -s, thema 5)
en
story
verhaal (het; verhalen, thema 5)
en
to earn
verdienen (thema 5)
en
temperatuur (de; temperaturen, thema 5)
temperature
en
stijgen thema 5) (steeg, stegen; is gestegen)
to rise, to go up
en
occupied, engaged
bezet (thema 5 en 8)
en
dik (thema 5)
fat, obese
en
active
actief (thema 5)
en
least, fewest
minst (thema 5)
en
zaal (de; zalen, thema 5)
big room; hall
en
after
na (thema 5)
en
over (tijd; thema 5)
in … from now (future)
en
gebeuren (thema 5)
to happen
en
fan (de; -s, thema 5)
fan
en
winnen (thema 5)(won, wonnen; heeft gewonnen)
to win
en
minst (thema 5)
least, fewest
en
na (thema 5)
after
en
busy, occupied
druk (thema 5)
en
to chat, to talk
kletsen (thema 5) (kletste, kletsten; heeft gekletst)
en
hekel (de, thema 5)
dislike, hate
en
dearest, preferably
liefst (thema 5)
en
tot slot (thema 5)
finally
en
last, previous
afgelopen (thema 5)
en
dishes
afwas (de; -, thema 5)
en
af en toe (thema 5)
occasionally, now and then
en
verbeteren (thema 5)(verbeterde, verbeterden; heeft verbeterd)
to improve
en
champion
kampioen (de; -en, thema 5)
en
overwerken (thema 5) (werkte over, werkten over; heeft overgewerkt)
work overtime
en
next, coming
aanstaand(e) (thema 5)
en
slagen (thema 5) (slaagde, slaagden; is geslaagd)
to pass, to succeed
en
internet
internet (het; -, thema 5)
en
fat, obese
dik (thema 5)
en
volgen (thema 5) (volgde, volgden; heeft gevolgd)
to follow
en
to play hockey
hockeyen (thema 5)
en
fietsen (thema 5) (fietste, fietsten; heeft gefietst)
to cycle
en
tiring
vermoeiend (thema 5)
en
komend (thema 5)
coming, next
en
zeker (thema 5)
certain(ly)
en
te (thema 5)
too
en
vermoeiend (thema 5)
tiring
en
to lose
verliezen (thema 5)
en
to improve
verbeteren (thema 5)(verbeterde, verbeterden; heeft verbeterd)
en
dance performance
dansvoorstelling (de; -en, thema 5)
en
kletsen (thema 5) (kletste, kletsten; heeft gekletst)
to chat, to talk
en
flink (thema 5)
substantial; strong
en
to paint
schilderen (thema 5) (schilderde, schilderden; heeft geschilderd)
en
ten slotte (thema 5)
finally
en
piano
piano (de; -‘s, thema 5)
en
to have breakfast
ontbijten (thema 5)(ontbeet, ontbeten; heeft ontbeten)
en
schilderen (thema 5) (schilderde, schilderden; heeft geschilderd)
to paint
en
afgelopen (thema 5)
last, previous
en
herhalen (thema 5) (herhaalde, herhaalden; heeft herhaald)
to repeat
en
wel (thema 5)
indeed
en
to experience
ervaren (thema 5)(ervoer, ervoeren; heeft ervaren)
en
liefst (thema 5)
dearest, preferably
en
energie (de, thema 5)
energy
en
pronunciation
en
ever
ooit (thema 5)
en
appartement (het; -en, thema 5)
apartment
en
vorig (thema 5)
last, previous
en
famous
beroemd (thema 5)
en
after that, afterwards
daarna (thema 5)
en
to follow
volgen (thema 5) (volgde, volgden; heeft gevolgd)
en
actief (thema 5)
active
en
table (statistic), index
tabel (de; tabellen, thema 5)
en
most
meest (thema 5)
en
lecture
college (het; -s, thema 5)
en
rijk (thema 5)
rich
en
just, a short while ago
zojuist (thema 5)
en
buurt (de; -en, thema 5)
neighbourhood
en
programma (het; -s, thema 5)
programme
en
world record
wereldrecord (het; -s, thema 5)
en
too
te (thema 5)
en
zelden (thema 5)
seldom
en
schaatsen (thema 5)(schaatste, schaatsten; heeft geschaatst)
to scate
en
druk (thema 5)
busy, occupied
en
hotel
hotel (het; -s, thema 5)
en
to rise, to go up
stijgen thema 5) (steeg, stegen; is gestegen)
en
fan
fan (de; -s, thema 5)
en
programme
programma (het; -s, thema 5)
en
to happen
gebeuren (thema 5)
en
jazz (de, thema 5)
jazz
en
minder (thema 5)
less, fewer
en
to arrange, to organize
regelen (thema 5) (regelde, regelden; heeft geregeld)
en
studententijd (de, thema 5)
student years
en
ballet
ballet (het; -ten, thema 5)
en
earlier; in the past
vroeger (thema 5)
en
kroket (de; -ten, thema 5)
croquette
en
wise
wijs (thema 5)
en
to play soccer
voetballen (thema 5)
en
apartment
appartement (het; -en, thema 5)
en
substantial; strong
flink (thema 5)
en
rather
liever (thema 5)
en
news
journaal (het; -s, thema 5)
en
sportief (thema 5)
sporting
en
seldom
zelden (thema 5)
en
middelbaar (thema 5)
medium; secondary
en
neighbour
buur (de; buren, thema 5)
en
different
verschillend (thema 5)
en
to reserve, to book
reserveren (thema 5) (reserveerde, reserveerden; heeft gereserveerd)
en
coming, next
komend (thema 5)
en
favourite
favoriet (thema 5)
en
midnight
middernacht (de; -, thema 5)
en
kwart (het; -en, thema 5)
quarter
en
keer (de; keren, thema 5)
time
en
bezet (thema 5 en 8)
occupied, engaged
en
always
altijd (thema 5)
en
laatste (thema 5)
last, final
en
to pass, to succeed
slagen (thema 5) (slaagde, slaagden; is geslaagd)
en
hockeyen (thema 5)
to play hockey
en
actueel (thema 5)
of present interest, topical
en
to sing
zingen (thema 5)(zong, zongen; heeft gezongen)
en
energy
energie (de, thema 5)
en
dansvoorstelling (de; -en, thema 5)
dance performance
en
regelen (thema 5) (regelde, regelden; heeft geregeld)
to arrange, to organize
en
buur (de; buren, thema 5)
neighbour
en
beter (thema 5)
better
en
tussen (thema 5)
between, among
en
oefenen (thema 5) (oefende, oefenden; heeft geoefend)
to practise, to exercise
en
work overtime
overwerken (thema 5) (werkte over, werkten over; heeft overgewerkt)
en
further
verder (thema 5)
en
in, per
per (.. keer per week; thema 5)
en
calorie
calorie (de; -ën, thema 5)
en
popmuziek (de; -, thema 5)
pop music, rock music
en
wereldrecord (het; -s, thema 5)
world record
en
voetballen (thema 5)
to play soccer
en
intellectueel (thema 5)
intellectual
en
far
ver (thema 5)
en
verhaal (het; verhalen, thema 5)
story
en
working day
werkdag (de; -en, thema 5)
en
player
speler (de; -s, thema 5)
en
douchen (thema 5) (douchte, douchten; heeft gedoucht)
to take a shower
en
neighbourhood
buurt (de; -en, thema 5)
en
eigenlijk (thema 5)
actually, really
en
first
eerst (thema 5)
en
less, fewer
minder (thema 5)
en
finally
ten slotte (thema 5)
en
boterham (de; -men, thema 5)
slice of bread
en
vroeger (thema 5)
earlier; in the past
en
echt (thema 5)
real
en
operation
operatie (de; -s, thema 5)
en
to go for a walk
wandelen (thema 5) (wandelde, wandelden; heeft gewandeld)
en
wel eens (thema 5)
ever, now and again
en
college (het; -s, thema 5)
lecture
en
to watch out, to be careful
uitkijken (thema 5) (keek uit, keken uit; heeft uitgekeken)
en
afdeling (de; -en, thema 5)
section, department
en
intellectual
intellectueel (thema 5)
en
orkest (het; -en, thema 5)
orchestra
en
altijd (thema 5)
always
en
instrument (het; -en, thema 5)
instrument
en
wakker (thema 5)
awake
en
free (of charge)
gratis (thema 5)
en
never
nooit (thema 5)
en
indeed
wel (thema 5)
en
verdienen (thema 5)
to earn
en
ever, now and again
wel eens (thema 5)
en
last, final
laatste (thema 5)
en
slice of bread
boterham (de; -men, thema 5)
en
squashen (thema 5) (squashte, squashten; heeft gesquasht)
to play squash
en
spelen (thema 5) (speelde, speelde; heeft gespeeld)
to play
en
zaal (de; zalen, thema 5)
big room; hall
en
to win
winnen (thema 5)(won, wonnen; heeft gewonnen)
en
bellen (thema 5) (belde, belden; heeft gebeld)
to call, to phone
en
beroemd (thema 5)
famous
en
ooit (thema 5)
ever
en
meest (thema 5)
most
en
uitkijken (thema 5) (keek uit, keken uit; heeft uitgekeken)
to watch out, to be careful
en
uitspraak (de; -, thema 5)
pronunciation
en
to call, to phone
bellen (thema 5) (belde, belden; heeft gebeld)
en
team
team (het; -s, thema 5)
en
actually, really
eigenlijk (thema 5)
en
praten (thema 5)(praatte, praatten; heeft gepraat)
to talk
en
hotel (het; -s, thema 5)
hotel
en
notulen (de, thema 5)
minutes of a meeting
en
ver (thema 5)
far
en
team (het; -s, thema 5)
team
en
post
post (de; -, thema 5)
en
to go down, to descend
dalen (thema 5)
en
to play squash
squashen (thema 5) (squashte, squashten; heeft gesquasht)
en
aanstaand(e) (thema 5)
next, coming
en
klassiek (thema 5)
classic(al)
en
to scate
schaatsen (thema 5)(schaatste, schaatsten; heeft geschaatst)
en
inhoud (de; - thema 5)
content(s)
en
eerst (thema 5)
first
en
just, a short while ago
zojuist (thema 5)
en
per (.. keer per week; thema 5)
in, per
en
operatie (de; -s, thema 5)
operation
en
regelmatig (thema 5)
regular(ly)
en
to cycle
fietsen (thema 5) (fietste, fietsten; heeft gefietst)
en
piano (de; -‘s, thema 5)
piano
en
review
recensie (de; -s, thema 5)
en
orchestra
orkest (het; -en, thema 5)
en
most
meer (thema 5) more
en
rich
rijk (thema 5)
en
slapen (thema 5)(sliep, sliepen; heeft geslapen)
to sleep
en
big room; hall
zaal (de; zalen, thema 5)
en
in … from now (future)
over (tijd; thema 5)
en
quarter
kwart (het; -en, thema 5)
en
to practise, to exercise
oefenen (thema 5) (oefende, oefenden; heeft geoefend)
en
regular(ly)
regelmatig (thema 5)
en
of present interest, topical
actueel (thema 5)
en
ballet (het; -ten, thema 5)
ballet
en
to talk
praten (thema 5)(praatte, praatten; heeft gepraat)
en
huiswerk (het; -, thema 5)
homework
en
nieuws (het, -; thema 5)
news
en
zojuist (thema 5)
just, a short while ago
en
liever (thema 5)
rather
en
to play
spelen (thema 5) (speelde, speelde; heeft gespeeld)
en
temperature
temperatuur (de; temperaturen, thema 5)
en
zingen (thema 5)(zong, zongen; heeft gezongen)
to sing
en
next, afterwards
vervolgens (thema 5)
en
certain(ly)
zeker (thema 5)
en
to fail (the exam)
zakken (thema 5) (zakte, zakten; is gezakt)
en
content(s)
inhoud (de; - thema 5)
en
verder (thema 5)
further
en
time
keer (de; keren, thema 5)
en
choir
koor (het; koren, thema 5)
en
pronunciation
uitspraak (de; -, thema 5)
en
uitspraak (de; -, thema 5)
pronunciation
en
tabel (de; tabellen, thema 5)
table (statistic), index
en
meer (thema 5) more
most
en
easy
makkelijk (thema 5)
en
news
nieuws (het, -; thema 5)
en
dislike, hate
hekel (de, thema 5)
en
reserveren (thema 5) (reserveerde, reserveerden; heeft gereserveerd)
to reserve, to book
en
lijn (de; -en, thema 5)
line, (bus) number
en
muzikaal (thema 5)
musical
en
wandelen (thema 5) (wandelde, wandelden; heeft gewandeld)
to go for a walk
en
recensie (de; -s, thema 5)
review
en
wijs (thema 5)
wise
en
big room; hall
zaal (de; zalen, thema 5)
en
daarna (thema 5)
after that, afterwards
en
makkelijk (thema 5)
easy
en
finally
tot slot (thema 5)
en
zakken (thema 5) (zakte, zakten; is gezakt)
to fail (the exam)
en
croquette
kroket (de; -ten, thema 5)
en
gratis (thema 5)
free (of charge)
en
real
echt (thema 5)
en
verliezen (thema 5)
to lose
en
soccer match
voetbalwedstrijd (de; -en, thema 5)
en
medium; secondary
middelbaar (thema 5)
en
werkdag (de; -en, thema 5)
working day
en
calorie (de; -ën, thema 5)
calorie
en
kampioen (de; -en, thema 5)
champion
en
minutes of a meeting
notulen (de, thema 5)
en
classic(al)
en
awake
wakker (thema 5)
en
speler (de; -s, thema 5)
player
en
to sleep
slapen (thema 5)(sliep, sliepen; heeft geslapen)
en
nooit (thema 5)
never
en
to take a shower
douchen (thema 5) (douchte, douchten; heeft gedoucht)
