3A1 week 7 HC 5 Sociale verloskunde Flashcards

1
Q

Wat is bestaanszekerheid?

A

Het gevoel van veiligheid en stabiliteit
- Bijvoorbeeld verblijfsstatus, inkomen, gezondheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Op welke niveau kunnen risicofactoren ontstaan?

A
  • Organisatie van zorg
  • Zorgverlener
  • De vrouw zelf
  • Sociale kring
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de sociaaleconomische status?

A

Plek die iemand heeft in de maatschappij
- Opleidingsniveau, inkomen, plek op arbeidsmarkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is sociale verloskunde?

A

Integrale zorg tussen gezondheidsprofessionals, verzekeringsmaatschappijen, overheid, gemeenten en het sociale domein

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke lijnen van zorg zijn er?

A
  • 0e: basisgezondheidszorg (automatisch)
  • 1e: direct beschikbaar
  • 2e: verwijzing nodig
  • 3e: academisch ziekenhuis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waaruit bestaat het digitale regenboogmodel?

A
  • Kern: onveranderbare factoren
  • Individual lifestyle factoren: bijv verslaving
  • Social and community networks
  • General socio-economic, cultural and environmental conditions
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe worden zwangere vrouwen met psychische klachten geholpen?

A

POP poli: psychiatire, obstetrie, pediatrie en maatschappelijk werk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke factoren geven een goed beeld van de sociale situatie van een zwangere?

A

Beleving, zorgen, schulden, huisvesting, psychische klachten en VG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe vaak komt een ongeplande zwangerschap voor en hoe kan dit voorkomen worden?

A

1/5 vrouwen
-> thuisarts.nl of nu niet zwanger programma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke programmas zijn er om zwangeren te ondersteunen?

A
  • VoorZorg
  • Kraamzorg
  • Jeugdgezondheidszorg (JGZ)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het verschil tussen moeder-kind binding en hechting?

A

Binding zijn gevoelens van moeder voor het kind, hechting is wederzijds

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe is het zwangerschapverlof in Nederland geregeld?

A
  • Vrouw: minimaal 16 weken (4-6 voor bevalling, 10-12 na bevalling)
  • Partner: 1 week, eventueel 5 weken 70% uitkering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is sensitief ouderschap?

A

De ouder kan een passende reactie geven op de signalen van het kind
- Waarnemen, benomen, inleven, interpreteren en reageren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe vaak komen psychische problemen voor in de zwangerschap?

A
  • Vader 7% depressie
  • 1/5 vrouwen depressie of angstklachten
  • 1 tot 3% vrouwen PTSS
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn voorwaarden van integrale zorg?

A
  • Continuïteit van zorg
  • Integratie en samenwerking
  • Waardegedreven zorg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is early life stress?

A

Chronische stress tijdens zwangerschap of in eerst 1000 dagen na geboorte
-> effect op ontwikkeling van kind

17
Q

Hoe lang duurt postnatale zorg en de kraamperiode?

A
  • Postnatale zorg: 6 weken
  • Kraamperiode: 10 dagen na bevalling
18
Q

Wat doet het JGZ?

A

Ondersteunt (aanstaande) ouders en jongeren (tot 23 jaar) met vragen over gezondheid, opvoeden en opgroeien
- Ouderschap, hechting, weerbaarheid en gezonde leefstijl

19
Q

Wanneer is er sprake van een zwangere in zeer kwetsbare situatie?

A

Als er sprake is van een urgente situatie waarbij directe interventie nodig is
- Huiselijk geweld, harddrug of alcohol verslaving, dakloos, acute ernstige psychiatrische problematiek

20
Q

Wanneer is er sprake van een zwangere in een kwetsbare situatie?

A

Disbalans tussen beschermende factoren en risicofactoren, waardoor er een verhoogd risico op problemen is

21
Q

Wanneer is er sprake van een zwangere in een potentieel kwetsbare situatie?

A

Bij een of meer risicofactoren, maar genoeg beschermende factoren en zelfredzaamheid

22
Q

Wat zijn voorbeelden van bedreigende en beschermende factoren?

A
  • Bedreigend: onvoldoende huisvesting, moeilijk aflosbare schulden, suboptimaal zorggebruik, psychiatrische aandoening, chronische ziekte
  • Beschermend: schuldsanering, huisvesting trajecten, samenwerking met zorgverleners, adequate behandeling van ziekten
23
Q

Wat is de DOHaD hypothese?

A

Developmental Origin of Health and Disease
- Interactie tijdens gevoelige periode van ontwikkeling heeft permanente invloed op structuur en werking van het lichaam

24
Q

Wat zijn kenmerken van de DOHaD hypothese?

A
  • 100 dagen pre conceptie en 1000 dagen post partum meest belangrijk
  • Oorzaken zoals hypoxie, FGR, ondervoeding, alcohol, roken en stress
  • Gevolgen zoals HVZ, hypertensie, obesitas, ontwikkelingsproblemen en psychische problematiek
25
Q

Wat zijn gevolgen van ernstige stress tijdens de zwangerschap?

A

Chronische activatie van HPA-as
- Negatieve invloed op foetale stress-systeem
- Negatieve invloed op foetale hersenontwikkeling: neuronen en hippocampus
- Grotere kans op postnatale ziekten

26
Q

Wat is de prevalentie van antenatale depressie?

A

11%
-> vaker kindermishandeling en psychopathologie bij kind, meer vroeggeboortes

27
Q

Wat zijn kenmerken van SSRI gebruik tijdens de zwangerschap?

A
  • Afname geboortegewicht, abnormale ontwikkeling bewegingspatroon
  • Afbouwen na 6 maanden, goede evaluatie
  • Alternatieven: cognitieve therapie en beweging
28
Q

Welke biologische mechanismen hebben invloed op de ontwikkeling van het kind?

A
  • Epigenetisch
  • Voeding
  • Stress: HPA-as bepaald tijdens zwangerschap en 3 maanden pp
  • Hersenontwikkeling
  • Microbioom: overname van moeder
  • Hechting en agency: verwachtingen en patronen van interactie
29
Q

Welke contextuele benadering wordt er in het erasmus gebruikt?

A

Rotterdam Intergrated Approach of Pregnancy
- Zorg om de patient heen
- Obstretie, psychiatrie, verslaving, psychosociaal en verstandelijke beperkingen in kaart brengen

30
Q

Op welke niveau’s kun je zorg verlenen?

A
  • Micro: individuele patiënt en zijn/haar netwerk
  • Meso: organisatieniveau
  • Macro: maatschappelijk/nationaal niveau