ZO 1.4 Introductie immuunsysteem Flashcards

1
Q

Welke producten worden uitgescheiden door effector T-lymfocyten?

A

Cytokinen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Hoe zien niet geactiveerde lymfocyten eruit?

A

Allemaal hetzelfde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke cellen kunnen worden geholpen door T-helpercellen?

A

T-helpercellen kunnen macrofagen, cytotoxische T-cellen en B-cellen activeren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welk interleukine stimuleert de T-helpercel, welke de cytoxische T-cel en welke de B-cel?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de functies van regulatoire T-cellen?

A

De aanwezigheid van regulatoire T-cellen zorgt ervoor dat een immuunreactie, als deze eenmaal op gang is gekomen, niet te lang doorgaat. Ook dragen regulatoire T-cellen er aan bij dat een te sterke immuunreactie tegen relatief onschuldige antigenen wordt voorkómen. Regulatoire T-cellen spelen dus een rol bij het uitdoven van de immuunrespons nadat het antigeen is verwijderd, en houden de reactiviteit van het immuunsysteem onder controle.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke ziektes zouden vaker voorkomen in afwezigheid van regulatoire T-cellen?

A

Auto-immuunziekten en allergieën.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar bevinden de B- en T-cellen, macrofagen en dendritische cellen zich in de lymfeklier?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly